-
1 démêler
démêler [deemellee]〈 werkwoord〉3 onderscheiden ⇒ helder zien, doorzien♦voorbeelden:v1) ontwarren2) ophelderen -
2 débrouiller
débrouiller [deebroejee]1 ontwarren ⇒ scheiden, schiften♦voorbeelden:qu'il se débrouille! • hij zoekt het maar uit!débrouillez-vous! • zoek het zelf maar uit! -
3 dénouer
dénouer [deenoe.ee]1 losknopen ⇒ ontknopen, losmaken2 oplossen ⇒ ophelderen, ontwarren♦voorbeelden:1 losgaan ⇒ los raken, loskomen2 opgelost worden ⇒ beëindigd worden, aflopenv1) losknopen2) oplossen, ontknopen
См. также в других словарях:
Knauel — 1. Der Knaul läuft so lange, bis der Faden zu Ende ist. Holl.: Het kluwen loopt zoo lang, tot dat het ten einde komt. (Harrebomée, I, 418a.) 2. Es ist kein Knäuel so lang, es ist ein Ende daran. 3. Wer den Knauel aufgewunden, der mag ihn… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon