-
1 bend
n. bocht; kromming; knoop--------v. buigen; aanleunen; krommen; zich laten overtuigen; verdraaienbend1[ bend] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 buiging ⇒ kromming, knik♦voorbeelden:the noise drove me round the bend • het lawaai maakte me hoorndol————————bend21 buigen ⇒ zwenken, neigen2 (zich) buigen ⇒ zich onderwerpen, wijken♦voorbeelden:bend down • zich bukken, vooroverbuigenbend before/to someone's power • voor iemands macht buigen/wijkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 spannen2 buigen ⇒ krommen, verbuigen3 onderwerpen ⇒ (doen) buigen, plooien♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 bend the rules • de regels toepassen/interpreteren zoals het 't beste uitkomtbend down/up • naar beneden/boven buigenbend one's mind to a problem • zijn aandacht op een probleem richten -
2 hump
n. bult--------v. krommen, de rug krommen, geslachtsgemeenschap bedrijvenhump1[ hump] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:2 it gives me the hump • ik baal ervan/krijg er de balen van————————hump21 bollen ⇒ bol gaan staan, kromtrekkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 welven ⇒ bol/krom maken, ronden -
3 hunch
n. samentrekking, kromming; stuk, klont; vrees--------v. krommenhunch1[ huntsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 voorgevoel ⇒ intuïtief/vaag idee♦voorbeelden:1 play a/one's hunch • op zijn gevoel/intuïtie afgaan————————hunch2〈 werkwoord〉 -
4 arch
adj. kromming, buiging, welving--------n. boog, gewelf--------pref. hoofd (van-)--------v. welven, een boog makenarch1[ a:tsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 boog ⇒ gewelf, arcade♦voorbeelden:————————arch21 ondeugend ⇒ schalks, guitig♦voorbeelden:1 an arch glance/smile • een schalkse blik/guitig lachje————————arch3II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
5 bow
n. boog (ook regenboog); buiging ( beleefdheids); voorste roeiriem; strik--------v. zich neerleggen bij; buigen, een buiging maken, een gesnaard instrument bespelenbow1[ bau] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 buiging♦voorbeelden:take a bow • applaus in ontvangst nemen2 off/on the (port/starboard) bow • over bakboord/stuurboord————————bow2[ boo] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 boog ⇒ kromming, curve4 strik————————bow3[ bau]2 buigen ⇒ zich (erbij) neerleggen; zich gewonnen geven♦voorbeelden:1 bow and scrape • vleien, stroop smerenI bow to nobody in this • wat dit betreft ga ik voor niemand opzij→ bow out bow out/II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:————————bow4 -
6 crook
-
7 curve
n. boog, gebogen lijn, curve; afslag; bocht--------v. buigen; verbuigen; neigencurve1[ kə:v] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 gebogen/kromme lijn ⇒ 〈 in het bijzonder wiskunde〉 kromme, curve, boog————————curve2〈 werkwoord〉1 buigen ⇒ een bocht (doen) maken, (zich) krommen♦voorbeelden: -
8 bandy legged
met O-benen, met benen die bij de knieën naar buiten krommen -
9 bend back
v. achterover buigen, achterover krommen -
10 blue sheep
n. wild schaap met blauw-grijze vacht en horens die naar achteren krommen (afkomstig uit de Himalayabergen en West China) -
11 curvet
n. kromming (v. paard); sprong--------v. springen, krommen -
12 wrinkle one's nose
neus krommen
См. также в других словарях:
Welt — 1. A Wearelt as trinj üsch n Hingsthaad, man egh üschen Pankuuk. – Johansen, 29. Die Welt ist rund wie ein Pferdekopf, aber nicht wie ein Pfannkuchen. 2. Ade Welt, du bist mir langweilig, ich gehe ins Kloster. – Klosterspiegel, 24, 16. 3. Ade… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Wyk [1] — Wyk (spr. Weik), 1) so v.w. Beverwyk; 2) so v.w. Wijk; 3) so v.w. Wyck; 4) (W. by Duurstede), Stadt im Bezirk Amersfoort der niederländischen Provinz Utrecht, an der Scheidung des Krommen Rhyn u. Leck; Trümmer des angeblich von Drusus erbauten… … Pierer's Universal-Lexikon
Bas Edixhoven — Sebastiaan Johan „Bas“ Edixhoven (* 12. März 1962 in Leiden) ist ein niederländischer Mathematiker, der sich mit Zahlentheorie und arithmetischer algebraischer Geometrie beschäftigt. Edixhoven, Oberwolfach 2008 Inhaltsverzeichnis … Deutsch Wikipedia
krümmen — Sich krümmen (müssen): starke Schmerzen haben, heftig lachen müssen, aber auch: sich sehr anstrengen, hart arbeiten, sich unterwürfig und diensteifrig zeigen müssen. Die Redensart ist vielleicht als Verkürzung aus dem Sprichwort ›Man muß sich… … Das Wörterbuch der Idiome
Klinge — 1. Alte Klingen, gute Wunden. 2. Die Klinge verzehrt die Scheide. Sehr oft der Geist den Körper. 3. Eine gute Klinge biegt sich, aber sie springt nicht. Holl.: Het zijn de beste lemmers, die wel buigen en krommen. (Harrebomée, II, 16.) 4. Eine… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Krummer — 1. Bei Krummen lernt man hinken, bei Säufern trinken. – Eiselein, 398; Braun, I, 2034. 2. Bei Krummen lernt man hinken, bei Vollen saufen und bei Krämern kaufen. – Eiselein, 398. Holl.: Bij krommen leert men hinken. (Harrebomée, I, 451b.) Lat.:… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Reif(en) — 1. Auch ein Reifen platzt, wenn man ihn zu scharf antreibt. Böhm.: I obruč udeří, když naň šlápneš. (Čelakovsky, 116.) Poln.: I obręcz uderzy, kiedy kto na nię nastąpi. (Čelakovsky, 116.) 2. Aus blossen Reifen kann man kein Fass machen. –… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Stock — 1. An einem Stocke, dar Hummeln in seyn, sol man nicht klopfen. – Petri, II, 408. »Denn sie fliegen gern auss vnd stechen.« 2. Auch krumme Stöcke sind gut. Frz.: De toute buche on fait feu droit. 3. Banne n alle Stôk potzt, sieht e hüsch.… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon