-
1 distinctif
-
2 propre
propre1 [propr]〈m.〉1 kenmerk ⇒ eigenschap, (het) kenmerkende♦voorbeelden:c'est du propre! • dat is me (ook) wat moois!mettre au propre • in het net schrijvença sent le propre! • wat ruikt het hier fris!c'est un propre à rien • hij deugt nergens voorau propre • in de eigenlijke betekenis————————propre2 [propr]2 schoon ⇒ netjes, milieuvriendelijk4 netjes ⇒ fatsoenlijk, verzorgd♦voorbeelden:nom propre • eigennaamson propre nom • z'n eigen naamau sens propre • letterlijk2 cigarette propre • ‘gezonde’ sigaretavoir les mains propres • schone handen hebbenusine propre • ‘schone’, milieuvriendelijke fabriekpropre à rien • nergens voor deugendnous voilà propres! • nu zitten we met de gebakken peren!1. m1) kenmerk, eigenschap2) eigendom2. adj1) kenmerkend, typisch (voor)2) schoon3) geschikt, bekwaam4) netjes, fatsoenlijk -
3 significatif
significatif [sienjiefiekaatief]1 veelbetekenend ⇒ veelzeggend, duidelijk2 kenmerkend ⇒ tekenend, belangrijk= significative; adj2) kenmerkend3) belangrijk -
4 symptomatique
symptomatique (de) [sẽptommaatiek]adj(de) -
5 caractéristique
caractéristique (de) [kaaraakteeriestiek]〈bijvoeglijk naamwoord; ook v.〉1 kenmerkend (voor) ⇒ eigenaardig, karakteristiek♦voorbeelden:une caractéristique • kenmerk, kentekenfkenmerk, eigenschap -
6 classique
classique [klaasiek]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉4 klassiek ⇒ traditioneel, gebruikelijk, kenmerkend♦voorbeelden:il connaît bien les classiques • hij kent de klassieken goedles questions classiques • de gebruikelijke vragenc'est un classique du genre • het is een klassieker1. m 2. adj1) klassiek2) traditioneel, gebruikelijk -
7 essentiel
essentiel [essãsjel]1 wezenlijk ⇒ essentieel, kenmerkend2 onontbeerlijk ⇒ noodzakelijk, fundamenteel, essentieel♦voorbeelden:l' essentiel 〈m.〉 • het belangrijkste, de hoofdzaak1. m 2. essentiel/-elleadj1) wezenlijk, essentieel2) onontbeerlijk, noodzakelijk -
8 typique
-
9 proprement
proprement [proprəmã]〈 bijwoord〉1 eigenlijk ⇒ juist, precies2 netjes ⇒ met zorg, keurig3 kenmerkend ⇒ wezenlijk, specifiek♦voorbeelden: -
10 signalétique
signalétique [sienjaaleetiek]1 kenmerkend ⇒ beschrijvend, die het signalement aangeeft♦voorbeelden: -
11 stendhalien
stendhalien [stãdaaljẽ],stendhalienne [stãdaaljen]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉 〈 literatuur〉1 〈 kenmerkend voor, eigen aan Stendhal〉 ⇒ Stendhal-, van Stendhal♦voorbeelden:1 un(e) stendhalien(ne) • Stendhalkenner, bewonderaar(ster) van Stendhal
См. также в других словарях:
Wiedertäufer — (Anabaptisten), Secte, welche die an unmündigen Kindern vollzogene Taufe als eine schriftwidrige u. somit ungültig sacramentliche Handlung erkennt, weshalb die zu ihr Übertretenden als nichtgetauft angesehen u. nochmals gültig getauft werden. I.… … Pierer's Universal-Lexikon
B&B ' t Aelsterbosch — (Эмнес,Нидерланды) Категория отеля: Адрес: Meentweg 129, 3755 PD Эмнес, Нид … Каталог отелей