-
1 herkenningsteken
1 distinguishing/identifying mark♦voorbeelden:als herkenningsteken droeg hij een anjer • he wore a carnation so that he would be recognizedVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > herkenningsteken
-
2 herkenningsteken
1 〈 overeengekomen〉 signe 〈m.〉 de reconnaissance ⇒ 〈 richtpunt〉 point 〈m.〉 de repère ⇒ 〈 kenteken〉 marque 〈v.〉 distinctive -
3 herkenningsteken
-
4 herkenningsteken
n. landmark, distinctive or prominent object in a landscape -
5 herkenningsteken
signe de reconnaissance -
6 als herkenningsteken droeg hij een anjer
als herkenningsteken droeg hij een anjerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als herkenningsteken droeg hij een anjer
-
7 identification mark
herkenningsteken, registratiekenmerk (algemeen bekend signaal dat in leger wordt gebruikt ter herkenning en zich te onderscheiden van de vijand) -
8 recognition sign
herkenningsteken (overeengekomen teken dat militaire krachten gebruiken om zich te identificeren en te doen onderscheiden van vijandelijke troepen) -
9 отличительный признак
adjgener. onderscheidingsteken, herkenningstekenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > отличительный признак
-
10 примета
ngener. kenteken, herkenningsteken, kenmerk, teken, voorteken -
11 ideogram
n. teken, ideogram,herkenningsteken op schilderijen1 ideogram -
12 point
point1 [pwẽ]♦voorbeelden:(ne) point de … • geen …————————point2 [pwẽ]〈m.〉3 mate ⇒ staat, graad, moment4 punt ⇒ zaak, onderwerp, kwestie6 (brei-, naai)steek♦voorbeelden:points de suspension • gedachtepuntjes, puntje, puntje, puntjemettre le, un point final à qc. • ergens een punt achter zettenun point, c'est tout • punt uit, en daarmee basta→ misepoint de chute • plaats van inslagpoint d'eau • tappuntpoint d'impact • trefpuntpoint d'intersection • snijpunt, kruispunt, knooppunt 〈 van wegen〉point de mire • mikpuntpoint de section • snijpuntpoint de vue •〈zie ‘point de vue’〉les points cardinaux • de windstrekenc'est son point faible • dat is zijn zwakke puntl'affaire est au point mort • de zaak is vastgelopenmettre (le levier) au point mort • de versnelling in zijn vrij zetten3 à ce point (que) • in zodanige mate (dat), zo erg (dat)à tel point que, au point que 〈+ aantonende wijs, soms aanvoegende wijs〉 • zo zeer, zo veel datau point de 〈+ onbepaalde wijs〉 • zo zeer, zo veel datà quel point • hoe erg, hoe zeerau point où en sont les choses • zoals de zaken (ervoor) staanau dernier point, au plus haut point • uiterst, tot het uiterstenous en sommes toujours au même point • we zijn nog altijd even vermal en point • lelijk toegetakeld, in slechte staatêtre mal en point • er slecht aan toe zijn4 point de détail • detailkwestie, onbelangrijk puntpoint d'honneur • erezaakpoint de religion • gewetenszaakpoint critique • heet hangijzer, punt waar het om draaitde point en point • letterlijk, preciesde, en tout point, en tous points • in alle opzichten, op alle puntenun discours en trois points • een redevoering in drie delenpoint par point • punt voor puntsur ce point • wat dit betreftbattre aux points • op punten verslaanrendre des points à qn. • iemand punten voorgeven; 〈 figuurlijk〉sterk staan, in het voordeel zijn ten opzichte van iemandvainqueur aux points • winnaar op punten6 point de couture • stiksel, stiksteekpoint mousse • ribbelsteekpoints de suture • hechtingenpoints de tapisserie • borduurstekenfaire un point à • met een paar steken bij elkaar halen7 point d'attache • thuishaven, standplaatsfaire le point • 〈 van schip〉bestek opmaken, positie bepalen; 〈 figuurlijk〉de balans opmaken, inventariseren8 point de côté • steek, pijn in de zijpoint de côté • steek in de zijau point du jour • bij het krieken van de dagtomber à point • goed van pas komen, goed uitkomenà point • gaar, precies goedà point nommé • stipt op tijd, als geroepenêtre au point • in orde zijn, goed werkenêtre sur le point de • op het punt staan om (te)m1) punt2) stip3) mate, graad4) cijfer5) (brei-, naai)steek6) positie, standplaats7) steek [in de zij]8) (het) aanbreken [dag] -
13 reconnaissance
reconnaissance [rəkonnessãs]〈v.〉3 verkenning ⇒ (het) verkennen, onderzoeken♦voorbeelden:en, par reconnaissance • uit dankbaarheiden reconnaissance • op verkenningf1) (h)erkenning2) dankbaarheid3) verkenning -
14 point repère
point repèreoriëntatie-, richtpunt, herkenningsteken; 〈 figuurlijk〉 aanknopingspunt -
15 repère
-
16 signe de reconnaissance
signe de reconnaissance -
17 отличительный признак
adjgener. onderscheidingsteken, herkenningsteken -
18 примета
ngener. kenteken, herkenningsteken, kenmerk, teken, voorteken -
19 letterteken
-
20 letterteken
- 1
- 2