-
1 satisfaction
satisfaction [saatiesfaaksjõ]〈v.〉1 voldoening ⇒ tevredenheid, genoegen♦voorbeelden:donner satisfaction • voldoen, voldoening gevenà la satisfaction générale • tot ieders tevredenheid2 donner, obtenir satisfaction • genoegdoening geven, krijgenf1) voldoening, tevredenheid2) bevrediging -
2 réparation
réparation [reepaaraasjõ]〈v.〉2 schadeloosstelling ⇒ vergoeding, genoegdoening♦voorbeelden:1. f1) reparatie, herstel2) schadeloosstelling, vergoeding3) strafschop [sport]2. réparationsf pl -
3 satisfaire
satisfaire [saatiesfer]II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:on ne peut satisfaire tout le monde • men kan het niet iedereen naar de zin makensatisfaire la curiosité • de nieuwsgierigheid bevredigensatisfaire sa faim • zijn honger stillenv3) bevredigen -
4 donner, obtenir satisfaction
donner, obtenir satisfactiongenoegdoening geven, krijgenDictionnaire français-néerlandais > donner, obtenir satisfaction
-
5 revanche
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский