-
1 amour-propre
amour-propre [aamoerpropr]〈m.〉1 gevoel van eigenwaarde ⇒ zelfrespect, eergevoelmgevoel van eigenwaarde, zelfrespect -
2 ombragé
ombrage [õbraazĵ]〈m.〉1 lommer♦voorbeelden:prendre ombrage de qc. • zich door iets gekrenkt voelen, achterdocht opvattenadj -
3 piqûre
-
4 soi
soi [swaa]〈persoonlijk voornaamwoord; ook m.〉1 zich(zelf) ⇒ jezelf, zelf♦voorbeelden:à part soi • in zichzelfchez soi • thuisen soi • van nature, op zich(zelf); 〈 filosofie〉‘an sich’hors de soi • buiten zichzelf (van woede)hors de soi d'enthousiasme • wild enthousiastmalgré soi • tegen z'n wiln'avoir pas d'argent sur soi • geen geld bij zich, op zak hebbenle soi • het eigen ik, de eigen persoonlijkheidm, pron -
5 amour de soi
amour de soi -
6 complaisance
complaisance [kõplezzãs]〈v.〉1 vriendelijkheid ⇒ welwillendheid, voorkomendheid3 zelfingenomenheid ⇒ zelfvoldaanheid, eigenliefde♦voorbeelden:montrer, y mettre de la complaisance • zich vriendelijk, gedienstig betonenavec complaisance • vriendelijk, voorkomendpar complaisance • uit vriendelijkheid3 avec complaisance • met voldoening, zelfvoldaanse regarder avec complaisance • tevreden zijn met zichzelfs'écouter avec complaisance • zichzelf graag horen praten -
7 piqûre d'amour-propre
piqûre d'amour-propre -
8 porter ombrage à qn.
porter ombrage à qn.
См. также в других словарях:
Eigenliebe — 1. Eigenlieb ist blind. Holl.: Eigenliefde maakt blind. (Harrebomée, I, 179.) 2. Eigenlieb ist ein Dieb. – Simrock, 1922; Körte, 1033; Petri, II, 161. 3. Eigenlieb ist niemand lieb. – Simrock, 1920; Körte, 1034. 4. Eigenlieb und Selbstgefallen… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Selbstliebe — 1. Je mehr Selbstliebe, je weniger Eigenliebe. – Witzfunken, II b, 96. 2. Selbstliebe ist blind. Engl.: Fond love of a man s self shows, that he does not know himself. Holl.: Eigenliefde maakt blind. – Zelfs lief niemands lief. (Bohn I, 344.) … Deutsches Sprichwörter-Lexikon