-
1 klant-specifieke IC
• custom ICNederlands-Engels Technisch Woordenboek > klant-specifieke IC
-
2 maatchip
• custom-designed chip -
3 maatwerkprogrammatuur
• custom-made softwareNederlands-Engels Technisch Woordenboek > maatwerkprogrammatuur
-
4 eer
eer1〈de〉♦voorbeelden:de eer redden • save one's facehet is mijn eer te na • I have my prideaan u de eer (om te beginnen) • you have the honour (of starting)iets/het aan zijn eer verplicht zijn • be honour boundin eer en aanzien leven • be held in high esteemiemand in zijn eer herstellen • clear someone's nameiets in ere herstellen • 〈 principe〉 restore (a principle), reinstate (a custom)iemand in ere houden • hold someone's memory dear, cherish someone's memoryeen dag/gebruik in ere houden • observe a (feast) day, keep up a customiemand in zijn eer (aan)tasten • hurt someone's pridenaar eer en geweten antwoorden • answer to the best of one's knowledgeop mijn (woord van) eer • I give you my word (of honour)zijn naam eer aandoen • be a credit to one's familyde tafel eer aandoen • do justice to the mealer is geen eer aan te behalen • 〈 van iemand〉 good advice is thrown away on him; 〈 van iets〉 little (credit) can be gained by iteer behalen met • gain credit byde (over)winnaar eer bewijzen • pay tribute to the winnerde/geen eer van iets hebben • receive credit/no credit for somethinghem komt alle eer toe • he deserves all the crediter een eer in stellen om • consider it an honour tohet zal me een (grote/bijzondere) eer zijn • I will be (greatly) honouredte zijner ere • in his honourter ere van • in honour of (someone/something)dat strekt u niet tot eer • that is not to your creditere zij God • glory to God3 ze heeft haar eer verloren • she lost her honour/virtuein (alle) eer en deugd • in (all) honour and decency————————eer2〈 voegwoord〉 -
5 gebruik
♦voorbeelden:het gebruik van de tuin was hem toegestaan • he was allowed the use of/allowed to use the gardenvoor algemeen gebruik • for general usevoor eigen gebruik • for personal usealleen voor uitwendig gebruik • for external use/application only(geen) gebruik van iets maken • (not) make use of somethingvan de gelegenheid gebruik maken • take/seize the opportunitygebruik maken van een mogelijkheid • use a possibilitydruk gebruik maken van iets • use something a lothet juiste gebruik maken van iets • put something to its proper usein gebruik hebben • have in usemeevallen in het gebruik • be not so bad once you get used to him/her 〈enz.〉iets in gebruik nemen/stellen • put/bring something into useschudden voor het gebruik • shake before usehet is een goed gebruik dat … • … is a good custombuiten gebruik zijn/raken • be out of use, fall into disusein gebruik zijn/komen/raken • be in/come into use -
6 gewoonte
♦voorbeelden:1 het is niet de gewoonte te … • it is not customary to …dat is anders mijn gewoonte niet • I don't usually do thateen gewoonte maken van • make a habit oftegen zijn gewoonte • contrary to his habit/usual practicehij doet het uit (louter) gewoonte • he does it out of (sheer) habit3 een goede/lastige gewoonte • a good/bad habitde gewoonte aannemen iedereen Sir te noemen • 〈 bewust〉 get into/; 〈 onbewust〉 fall into the habit of calling everyone Sireen gewoonte afleren • break (oneself of) a habithij heeft de gewoonte om • he has a habit/way of -
7 klandizie
-
8 klantenwerving
-
9 adat
n. tradition, custom, practice -
10 amerikanisme
n. Americanism, characteristic feature of American English; custom or trait peculiar to America; devotion to or preference for American traditions and ideals -
11 bijgelovigheid
n. superstition, belief that is not based on fact; custom or action based on a superstitious belief; irrational fear of something that is unknown or mysterious -
12 ceremonieel
adj. ceremonial, ritual, formal, stately, official--------adv. ceremonially, in a ritualistic manner, solemnly--------ceremonial, ceremony, custom, ritual -
13 commies
n. custom house officer -
14 douanekantoor
n. custom-house -
15 formeel
adj. formal, ceremonious; conventional; according to custom; stiff; strict; symmetrical; requiring fancy dress--------adv. formally, in a formal manner, in a conventional manner -
16 gangbaarheid
n. custom, prevalence -
17 gebruik
n. usage, use, employment; practice, custom; convention -
18 gewoonte
n. habit, custom; habitude, manner -
19 kerkgebruik
n. rite, ceremonial act or procedure; religious custom or tradition -
20 nering
n. custom; commerce
См. также в других словарях:
custom — cus·tom n 1: a practice common to many or to a particular place or institution; esp: a long established practice that is generally recognized as having the force of law see also section 1983 compare usage 2 pl … Law dictionary
Custom PC — Magazine Custom PC #091, April 2011 Editor James Gorbold Categories Computing Frequency Monthly … Wikipedia
custom — cus‧tom [ˈkʌstəm] noun [uncountable] when people use a particular shop or business: • a marketing campaign to attract more custom • Saturday is usually our busiest day and we have missed out on a great deal of custom through the closure. * * * Ⅰ … Financial and business terms
custom — [ kɶstɔm ] n. m. • v. 1974; d apr. l angl. amér. custom motorcycle « moto sur mesure » ♦ Anglic. Véhicule de série (voiture, moto) personnalisé par des spécialistes. Des customs ou des custom. ● custom nom masculin (mot américain) Automobile ou… … Encyclopédie Universelle
Custom — Voir « custom » sur le Wiktionnaire … Wikipédia en Français
Custom — Cus tom (k[u^]s t[u^]m), n. [OF. custume, costume, Anglo Norman coustome, F. coutume, fr. (assumed) LL. consuetumen custom, habit, fr. L. consuetudo, dinis, fr. consuescere to accustom, verb inchoative fr. consuere to be accustomed; con + suere… … The Collaborative International Dictionary of English
Custom — may refer to: Convention (norm), a set of agreed, stipulated or generally accepted rules, norms, standards or criteria, often taking the form of a custom Customization (disambiguation), anything made or modified to personal taste Custom (law) or… … Wikipedia
custom- — [kʌstəm] prefix custom made/custom built/custom designed etc made, built etc for a particular person ▪ He always wore custom made suits ▪ custom ordered vehicles … Dictionary of contemporary English
custom- — [kʌstəm] prefix custom made/custom built/custom designed etc made, built etc for a particular person ▪ He always wore custom made suits ▪ custom ordered vehicles … Dictionary of contemporary English
Custom — Cus tom, n. [OF. coustume, F. coutume, tax, i. e., the usual tax. See 1st {Custom}.] 1. The customary toll, tax, or tribute. [1913 Webster] Render, therefore, to all their dues: tribute to whom tribute is due; custom to whom custom. Rom. xiii. 7 … The Collaborative International Dictionary of English
custom — /ˈkastom, ingl. ˈkʌstəm/ [vc. ingl., accorc. di custom made, custom built «fatto su misura»] agg. inv. fatto su misura, personalizzato … Sinonimi e Contrari. Terza edizione