-
1 conveniëren
-
2 conveniëren
1 be convenient (to/for)♦voorbeelden: -
3 conveniëren
приличествовать; подобать; годиться; соответствовать; подходить; договариваться; условливаться* * *гл.общ. договариваться, приличествовать, годиться, подобать, подходить, соответствовать, условливаться -
4 convenieren
v. be convenient -
5 годиться
vgener. deugen, zich lenen (voor-äôà), zitten, conveniëren, dienen (voor- äôà), nutten, passen, van nut zijn -
6 договариваться
v1) gener. afpraten, bespreken (о чём-л.), conveniëren, overeenkomen, afspreken, beklinken, conditioneren, een afspraak maken, onderhandelen, zich met (iem.) verstaan2) busin. contracteren -
7 подобать
vgener. voegen, behoren, betamen, conveniëren, passen (bij-÷åìó-ô.), toekomen (кому-либо), welstaan -
8 подходить
v1) gener. aangaan (op-ê), aankomen, aanlopen, aanstappen, afkomen, afstappen (op-ê), aftreden (op-ê), bijkomen, schikken, toekomen (op-ê), toetreden (op-ê), treden, aanstomen (на пароходе), aanwandelen (гуляя), benaderen (к кому-л., к чему-л.), conveniëren, deugen, handen, in aantocht zijn, komen, op (iem.) aflopen (к кому-л.), passen, te pas komen, toelopen2) navy. aanvaren3) milit. aantreden -
9 приличествовать
vgener. conveniëren, betamen, voegen -
10 соответствовать
vgener. passen, beantwoorden (aan- ÷åìó-ô.), conveniëren, corresponderen met (чему-л.), stroken met (чему-л.), te pas komen -
11 условливаться
vgener. conditioneren, afpraten, afspreken, conveniëren, een afspraak maken, voorbedingen
См. также в других словарях:
Konvenienz — Sf Erlaubtes, Schickliches, Bequemlichkeit per. Wortschatz fremd. Erkennbar fremd (18. Jh.) Entlehnung. Entlehnt aus l. convenientia Übereinstimmung, Harmonie , Abstraktum von l. convenīre zusammentreffen, zusammenpassen , zu l. venīre kommen und … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache