-
1 bedriegen
♦voorbeelden:zichzelf bedriegen • deceive/delude oneself2 zij bedriegt haar man met een collega • she's being unfaithful to her husband by having an affair with a colleague1 [misleidend zijn] be deceptive♦voorbeelden: -
2 bedriegen
v. cheat, deceive, defraud, swindle; betray; dupe, trick, sham, mislead, beguile -
3 als mijn ogen me niet bedriegen
als mijn ogen me niet bedriegenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als mijn ogen me niet bedriegen
-
4 hij hangt van liegen en bedriegen aan elkaar
hij hangt van liegen en bedriegen aan elkaarVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij hangt van liegen en bedriegen aan elkaar
-
5 hij is niet in staat iemand te bedriegen
hij is niet in staat iemand te bedriegenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij is niet in staat iemand te bedriegen
-
6 iemand leep bedriegen
iemand leep bedriegenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand leep bedriegen
-
7 zichzelf bedriegen
zichzelf bedriegendeceive/delude oneselfVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zichzelf bedriegen
-
8 beethebben
1 [vast hebben] have (got) (a) hold of♦voorbeelden:2 hij heeft haar beetgehad • he made a fool of her, he pulled her leg1 [visserij] have a bite -
9 bedriegerij
2 [bedrieglijke handeling] trick ⇒ piece of trickery, 〈 voornamelijk met betrekking tot geld〉 fraud, swindle♦voorbeelden: -
10 duperen
♦voorbeelden:1 gedupeerd zijn • be let down, be duped -
11 iemand inpalmen
iemand inpalmenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand inpalmen
-
12 inpalmen
♦voorbeelden:1 iemand inpalmen • win someone over; 〈 door vleierij〉 get round someone; 〈 bedriegen〉 take someone inzich door iemand laten inpalmen • get taken in (by someone) -
13 leep
-
14 staat
1 [toestand] state, condition ⇒ status2 [mogelijkheid, gelegenheid] condition4 [bestuurscollege] council, board6 [beeldende kunst] [stadium] state♦voorbeelden:in staat van beschuldiging stellen • indictstaat van oorlog • state of warstaat van verval • dilapidationburgerlijke staat • marital statusin gezegende staat zijn • be in the family wayin goede staat verkeren • be in good conditionin kennelijke staat verkeren/zijn • be befuddled (with drink), be under the influencein prima staat van onderhoud • in an excellent state of repairniet tot werken in staat wegens ziekte • incapable of working through illnessin staat zijn te betalen • be able to payhij is niet in staat iemand te bedriegen • he's incapable of cheating someonetot alles in staat zijn • be capable of anythingiemand in staat stellen (om) te … • enable someone to …weer in staat zijn te werken • be able to resume workhet bos is eigendom van de staat • the forest is owned by the statede Staten-Generaal • the States-Generalde Provinciale Staten • the Provincial Councileen staat (van dienst) bijhouden • keep a record (of service)een staat van ontvangsten en uitgaven opmaken • make up a statement of income and expenditure¶ Raad van State • Council of State, ±Privy Councilstaat maken op • rely/depend onop het weer is geen staat te maken • there's no trusting the weather -
15 verlakken
♦voorbeelden: -
16 vernachelen
〈 informeel〉1 〈 beetnemen〉 bamboozle, take in, take for a ride; 〈 voor de gek houden〉 make a fool of; 〈 bedriegen〉 swindle -
17 vernikkelen
1 [met nikkel overtrekken] nickel(-plate)♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
bedriegen — kori / kasyo / ley … Woordenlijst Sranan
Fuchs — (s. ⇨ Reineke). 1. Ale Fichse gihn schwer ei s Eisen. (Oberlausitz.) 2. Alle listigen Füchse kommen endlich beym Kirssner in der Beitze zusam. – Petri, II, 6; Simrock, 2888; Körte, 1678; Reinsberg II, 46. Frz.: Enfin les renards se trouvent chez… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Germanic strong verb — In the Germanic languages, a strong verb is one which marks its past tense by means of ablaut. In English, these are verbs like sing, sang, sung. The term strong verb is a translation of German starkes Verb , which was coined by the linguist… … Wikipedia
Bauer (der) — 1. Armer Bauern Kälber und reicher Herren Töchter werden nicht alt. – Kirchhofer, 347. 2. Auch der Bauer isst nicht ungesalzen. Was ihm indess von seinem Schulzen, Landrath oder Pfarrer vorgepredigt wird, ist in der Regel nicht mit attischem… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Verbes irreguliers neerlandais — Verbes irréguliers néerlandais Infinif OVT Participe passé Traduction Bakken Bakte Gebakken Cuire Barsten Barstte Gebarsten Éclater Bederven Bedorf Bedorven Corrompre Bedriegen Bedroog … Wikipédia en Français
Verbes irréguliers néerlandais — Infinif OVT Participe passé Traduction Bakken Bakte Gebakken Cuire Barsten Barstte Gebarsten Éclater Bederven Bedorf Bedorven Corrompre Bedriegen Bedroog Bedrogen … Wikipédia en Français
Deckmantel — Ein Ding zum Deckmantel machen, Etwas als Deckmantel gebrauchen: eine schlechte Handlung beschönigen. Das Wort Deckmantel wird seit seinem ersten Auftreten in der deutschen Sprache bildlich gebraucht. Es erscheint erstmals im Mittelhochdeutschen… … Das Wörterbuch der Idiome
bidreugan — *bidreugan germ., stark. Verb: nhd. betrügen, täuschen; ne. deceive; Rekontruktionsbasis: afries., anfrk., as., ahd.; Etymologie: s. *bi, *dreugan (2); Weiterleben: afries … Germanisches Wörterbuch
Aushängeschild — 1. Das Aushängeschild ist geduldig. Holl.: Het uithangbord belooft meer, dan de winkel bevat. (Harrebomée, II, 352.) 2. Einem Aushängeschilde ist nicht zu trauen. Holl.: De uithangborden bedriegen. (Harrebomée, II, 352.) [Zusätze und Ergänzungen] … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Kuh — 1. A Kü moalkat trog a Hols. (Nordfries.) – Johansen, 72. Die Kuh milcht durch den Hals. 2. A Kuh söüft â méa, ässe vertroa kô. (Henneberg.) Auch eine Kuh säuft wol mehr als sie vertragen kann. Mit Anwendung auf Säufer. 3. A Küh wal t egh wed,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Loben — 1. Auf einen, der uns lobt, kommen zehn, die einen schelten. – Sutor, 323. Lat.: Principibus placuere viris non ultima laus est. (Sutor, 323.) 2. De sik sulven loven, de hebben quade nabers. – Tunn., 319. (Sese laudanti praesto est vicinia… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon