-
61 het groene licht geven/krijgen
het groene licht geven/krijgengive/get the green light/the go-aheadVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het groene licht geven/krijgen
-
62 hij heeft het brutaalweg gedaan
hij heeft het brutaalweg gedaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij heeft het brutaalweg gedaan
-
63 hij is ons een heel eind vooruit
hij is ons een heel eind vooruitVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij is ons een heel eind vooruit
-
64 hoor
hoor1〈de〉♦voorbeelden:¶ het (recht van) hoor en wederhoor toepassen • listen to/hear both sides/the other side (of the argument)————————hoor21 〈meestal onvertaald; zie 10.1〉♦voorbeelden:ja, hoor, ik kom! • yes, I'm cominggoed, hoor, doe dat maar! • fine, go ahead!niet vergeten, hoor! • don't forget now!leuk hoor! • very funny!hij is erg aardig, hoor! • he's really nice!ik dacht dat jij zou helpen, maar nee, hoor • I thought you'd help, but oh no!ik jou geld lenen? nee hoor • me, lend you money? no way -
65 huizenhoog uitsteken boven de concurrentie
huizenhoog uitsteken boven de concurrentietower above/be miles ahead of the competitionVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > huizenhoog uitsteken boven de concurrentie
-
66 huizenhoog
1 towering♦voorbeelden:huizenhoge golven • mountainous waveshuizenhoog tegen iemand opzien • look up to someone, put someone on a pedestalhuizenhoog uitsteken boven de concurrentie • tower above/be miles ahead of the competition -
67 iemand het startsein geven
iemand het startsein gevenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand het startsein geven
-
68 iets nog eens dunnetjes overdoen
iets nog eens dunnetjes overdoenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iets nog eens dunnetjes overdoen
-
69 ik heb nog een lange dag voor mij
ik heb nog een lange dag voor mijVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ik heb nog een lange dag voor mij
-
70 je doet maar
〈 vaak ironisch〉 go ahead, suit yourself -
71 je gaat je gang maar
je gaat je gang maarVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > je gaat je gang maar
-
72 je moet vooraf goed bedenken wat je gaat doen
je moet vooraf goed bedenken wat je gaat doenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > je moet vooraf goed bedenken wat je gaat doen
-
73 kracht
2 [vermogen om invloed uit te oefenen] power(s)3 [geestelijk/zedelijk vermogen] strength5 [macht om iets uit te werken] force♦voorbeelden:1 aan het eind van zijn krachten zijn • be totally exhausted, have no strength leftmet zijn laatste krachten • with a final effortmet vereende krachten • with combined effortsmet vernieuwde kracht • with renewed effortsal zijn krachten inspannen • exert all one's energies/strength, use all one's powerszijn krachten meten met iemand • pit one's strength against someonezijn krachten nemen met de dag af • he is fading by the dayzijn krachten sparen/verspillen • conserve/waste one's energyin kracht afnemen 〈 van wind〉 • abate, drop(weer) op krachten komen • regain one's strengthuit zijn krachten groeien • outgrow oneselfgeen kracht meer hebben (in zijn armen) • lose all the strength (in one's arms)2 de stille kracht • unseen/hidden powers(aan) argumenten/eisen kracht bijzetten (door …) • enforce arguments/claims (with/by …)zijn krachten wijden aan iets • devote one's efforts towards something4 drijvende kracht (achter) • moving force/spirit (behind)op eigen kracht • on one's own, by oneselfnieuwe krachten verzamelen • gain fresh strength(de) kracht geven om … • give the strength to …daarin ligt zijn kracht • that's his strengthzijn krachten verzamelen • gather (all) one's strength, summon up all one's strengthin de kracht van zijn leven • in one's primehet vergt veel van mijn krachten • it's a great drain on my energy5 de kracht van een betoog • the strength/cogency of an argumentde wet heeft geen terugwerkende kracht • the Act does not apply retroactivelyvan kracht zijn/worden • be/become valid/effectiveniet (meer) van kracht • invalid, ineffectual(weer) van kracht doen worden • bring (back) into effect/operation6 een ervaren kracht • an experienced worker/employee7 neer-/opwaartse kracht • downward/upward pressurevolle kracht vooruit • full steam/speed aheadop volle/halve kracht (werken) • operate at full/half speed/power -
74 licht
licht1〈 het〉♦voorbeelden:waar zit de knop van het licht? • where's the light-switch?licht en schaduw • light and shade〈 figuurlijk〉 het groene licht geven/krijgen • give/get the green light/the go-aheadgroot licht • full beam〈 figuurlijk〉 we moeten dat in het juiste licht proberen te zien • we must try to put that in the proper light/perspective〈 figuurlijk〉 iets in een nieuw/ander licht zien • see something in a new/another lightdoor rood licht rijden • drive/go through a red lighthet licht aan-/uitdoen • put/ 〈 schakelaar ook〉turn the light on/offer brandde nog licht op de studeerkamer • there was still (a) light (on) in the studymet gedimde lichten • with dimmed (head)lights〈 figuurlijk〉 zij gunnen elkaar het licht in de ogen niet • they wouldn't give each other the time of dayhij is geen licht • he's no geniushet licht staat op rood • the light's redje hoeft geen licht te zijn om … • you don't have to be a genius to …met de lichten knipperen • flash (one's (head)lights)ga eens uit mijn licht • move out of my light pleaseeen fietser zonder licht • a cyclist without (any) lightsin het licht van de gebeurtenissen • in the light of eventsin het licht daarvan • such being the casein dat licht gezien • viewed in that light————————licht21 [niet zwaar] light4 [soepel] light7 [makkelijk verteerbaar] light9 [met betrekking tot stemgeluiden] soft♦voorbeelden:veel te licht zijn • be considerably underweighteen kilo te licht • a kilogram underweight3 lichte ogen • light/pale eyeslicht blauw • light blue6 lichte lectuur/muziek • light reading/musiceen lichte blessure • a minor injuryeen lichte buiging • a slight boween lichte hartaanval • a mild heart attackeen lichte verkoudheid/griep(aanval) • a slight cold, a touch of (the) flulichte vorst • (s)light frostII 〈 bijwoord〉2 [enigszins] slightly3 [gemakkelijk, gauw] easily4 [zeer] highly♦voorbeelden:licht slapen • sleep lightlicht opgemaakt • lightly made-up3 licht verteerbaar • (easily) digestible, lightje moet daar niet te licht over denken • you mustn't think (too) lightly of thatzoiets wordt licht vergeten/over het hoofd gezien • that sort of thing is easily forgotten/overlooked -
75 liggen
1 [uitgestrekt zijn] lie3 [zich bevinden] lie, be4 [met betrekking tot zaken] [rusten] lie6 [passen bij een aanleg/belangstelling] suit7 [met betrekking tot storm/wind] die down8 [bezig zijn] be (lying)9 [gelegerd zijn] be stationed♦voorbeelden:de sneeuw bleef niet liggen • the snow did not settlelekker tegen iemand aan gaan liggen • snuggle up to someonedure vloerbedekking hebben liggen • have expensive carpets (on the floor)〈 op grafstenen〉 hier ligt … • here lies …lig je lekker/goed? • are you comfortable?hij ligt in/op bed • he's (lying) in bedover elkaar liggen • overlap2 ik blijf morgen liggen tot half tien • I'm going to stay in bed till 9.030 tomorrowga liggen! 〈 tegen een hond〉 • lie down!op sterven liggen • lie/be dyingde toestand ligt hier anders • the situation is (quite) different herede zaken liggen nu heel anders • things have changed a lot (since then)het feit ligt er • the fact remainshet plan, zoals het er ligt, is onaanvaardbaar • as it stands, the plan is unacceptablehoe liggen onze kansen? • what are the odds?de prijzen liggen vrij hoog • the prices are rather highuw bestelling ligt klaar • your order is ready (for dispatch/collection)onze winsten liggen lager dan die van vorig jaar • our profits are less than last year'sdie dagen liggen ver achter ons • those days are long pastde zaken liggen zo: … • it's like this: …zo liggen de zaken nu eenmaal • I'm afraid that's the way things areAntwerpen ligt aan de Schelde • Antwerp lies/is (situated) on the Scheldtde vakantie ligt weer achter ons • the holidays are behind us nowde schuld ligt bij mij • the fault is minede beslissing ligt bij ons • the decision is oursde macht ligt bij het volk • power is vested with the peoplemet iemand in proces liggen • litigate with someoneonder het gemiddelde liggen • be below averagede bal ligt op de grond • the ball is on the groundop het zuiden liggen • face (the) southze liggen voor het grijpen • they're all over the placevoor mij ligt uw brief • I have before me your letterer lagen moeilijke jaren voor ons • there were hard years ahead (of us)ik heb (nog) een paar flessen wijn liggen • I have a few bottles of wine (left)het geld hebben liggen • have the money availableik heb dat boek laten liggen • I left that book (behind)ik denk dat het aan je versterker ligt • I think that it's your amplifier that's causing the troubledat lag aan verscheidene oorzaken • that was due to various causesaan mij zal het niet liggen • it won't be my faultis het nu zo koud of ligt het aan mij? • is it really so cold, or is it just me?er is mij niets aan gelegen • it doesn't matter to mehet ligt aan die rotfiets van me • it's that bloody bike of mineals het aan mij ligt zal hij daar niet blijven • he won't stay there if I can help itals het aan mij ligt niet • not if I can help itwaar zou dat aan liggen? • what could be the cause of this?het lag misschien ook een beetje aan mij • I may have had something to do with ithet kan aan mij liggen, maar … • it may be just me, but …als het aan mij lag/ligt • if it was/is up to medat genre ligt mij niet • that genre doesn't appeal to medit klimaat ligt mij niet • this climate disagrees with medie jongen ligt mij helemaal niet • I can't get on with that guyhij ligt te slapen • he's asleepliggen te zeuren • be whining/bellyachingdie zaak ligt nogal gevoelig • the matter is a bit delicatezich nergens iets aan gelegen laten liggen • not give a hoot for anythingdat ligt heel anders • that's a different story altogetherals ze dat merken lig ik eruit • if they catch on, I'm outdeze auto ligt goed in de bocht • this car takes corners welldit bed ligt lekker/hard • this bed is comfortable/(too) hardver uiteen liggen • be poles apartdeze auto ligt vast op de weg • this car holds the road well -
76 maar
maar1〈 het〉1 but♦voorbeelden:er is één maar aan verbonden/bij • there is one (large) but————————maar2〈 bijwoord〉4 [met betrekking tot een wens] (if) only5 [aanmaning, waarschuwing] just6 [aanhoudend] just♦voorbeelden:1 je hoeft maar te bellen • you only/just have to phoneal was het maar om haar te pesten • if only to make life difficult for herzeg het maar: koffie of thee? • which will it be: coffee or tea?we konden alleen nog maar huilen • we could do nothing but cryhij is nog maar pas hier • he has only just arrivedzonder ook maar goedendag te zeggen • without so much as a goodbyehij is maar twintig jaar (oud) geworden • he only lived to be twentyzij bloost al, als je maar naar haar kijkt • she blushes if you so much as look at herals ik ook maar een minuut te lang wegblijf • if I stay away even a minute too longlaten we hem maar gelijk geven • let's just agree with him and be done with itdat doet hij maar al te graag • he'd be only too happy to do itdat komt maar al te vaak voor • that happens only/all too oftenhet is misschien maar goed dat we de bus gemist hebben • perhaps it's (just) as well we missed the bushet is maar goed dat je gebeld hebt • it's a good thing you Brangje hebt het maar voor het zeggen • it's up to you, just say the wordik wil wel doorgaan, als het maar klaar komt • I'm prepared to go on, as long as/so long as it's finishedwas ik maar nooit getrouwd • if only I'd never marriedwas ik maar dood • I wish I were deadgeef het nou maar toe • you may as well admit ithet is maar dat je het weet • as long as you know; 〈 je kunt het maar beter weten〉 it's (just) as well you knowlet maar niet op hem • don't pay any attention to himpas maar op • watch out/itschiet nou maar op • hurry up, will you?ik zou maar uitkijken • you'd better be carefulen dan maar klagen dat iedereen zakt • and then go on about everybody failinghet is maar goed ook • a good thing, toowees daar maar niet bang voor • rest assured that that won't happenrustig maar • (just) calm downje gaat je gang maar • go ahead (and do it)en wij maar wachten/werken • and we just wait(ed) and wait(ed)/work(ed) and work(ed)het houdt maar niet op • it never seems to endik vind het maar niks • I'm none too happy about itzij koopt maar raak • she just throws her money abouthé daar, dat gaat zo maar niet • hey you, you can't just sit down/walk in/run off 〈enz.〉like that!en maar kletsen, die vrouwen • talk, talk, that's all they do, these women¶ wat wil je drinken? geef maar een pilsje • what'll you have? a beer, please/I'll have a beerwat je maar wil • whatever you wantgeef dan maar een glas wijn • a glass of wine will be finewaarom doe je dat? zo maar • why do you do that? just for the fun of itdat kun je niet zo maar even doen • you can't do it just like thatzo'n vraag kun je niet zo maar beantwoorden • one can't answer such a question offhandhij gaf het kind zo maar een klap • he hit the child for no reasonzoveel als je maar wilt • as much/many as you like————————maar3〈 voegwoord〉1 [tegenstellend] but2 [in zijdelingse tegenwerpingen] but♦voorbeelden:ik had je willen bellen, maar ik wist je nummer niet • I would have phoned, but/only I didn't know your numberja maar, als dat nu niet zo is • yes, but what if that isn't true?maar ja, wat wil je voor vijftig gulden • but then what do you expect for fifty guildersmaar begrijpt u dat dan niet • but don't you understand?¶ hij keek in de koelkast, maar zag dat die leeg was • he looked in the refrigerator only to find it was emptynee maar! • really! -
77 mijn klas is een heel stuk voor
mijn klas is een heel stuk voorVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > mijn klas is een heel stuk voor
-
78 na veel tegensputteren heeft hij het toch maar gedaan
na veel tegensputteren heeft hij het toch maar gedaanafter a lot of arguing/argument he went ahead with it anywayVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > na veel tegensputteren heeft hij het toch maar gedaan
-
79 naar voren stormen
naar voren stormenrush forward/aheadVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > naar voren stormen
-
80 omhoogkomen
2 [figuurlijk] [hogerop komen] get on/ahead
См. также в других словарях:
ahead — a‧head [əˈhed] adverb if the value of something is ahead of a previous level, it has increased: • The shares were ahead more than 11% at one stage, and closed 85 up at 944p. * * * ahead UK US /əˈhed/ adverb ► at a better, higher, or greater level … Financial and business terms
ahead of — This prepositional phrase has been in use since the 18c in the physical sense ‘in front of’ and from the following century in the figurative sense ‘better than, superior to (in quality, performance, etc)’. Its meaning in relation to time dates… … Modern English usage
Ahead — A*head , adv. [Pref. a + head.] 1. In or to the front; in advance; onward. [1913 Webster] The island bore but a little ahead of us. Fielding. [1913 Webster] 2. Headlong; without restraint. [Obs.] L Estrange. [1913 Webster] {To go ahead}. (a) To… … The Collaborative International Dictionary of English
ahead — [ə hed′] adv., adj. 1. in or to the front 2. forward; onward 3. toward the future; in advance 4. winning or leading 5. having something as a profit or advantage ahead of in advance of; before ge … English World dictionary
Ahead — steht für: Den alten Namen der Nero AG (vor 2005 noch Ahead Software AG), ein deutsches Software Unternehmen AHEAD (Munition), eine Air Burst Munition von Rheinmetall Ein System für ein Lenkkopflager beim Fahrrad … Deutsch Wikipedia
ahead — ► ADVERB 1) further forward in space or time. 2) in advance. 3) in the lead. ● ahead of Cf. ↑ahead of … English terms dictionary
ahead — (adv.) 1620s, at the head, in front, from a on (see A (Cf. a ) (1)) + HEAD (Cf. head). Originally nautical. To be ahead of (one s) time attested by 1837 … Etymology dictionary
ahead — [adv] in front or advance of advanced, advancing, ahead, along, ante, antecedently, at an advantage, at the head, before, beforehand, earlier, first, fore, foremost, forward, forwards, in the foreground, in the lead, leading, on, onward, onwards … New thesaurus
ahead of — ► ahead of 1) before. 2) earlier than planned or expected. Main Entry: ↑ahead … English terms dictionary
ahead — forward, *before Antonyms: behind Contrasted words: *after: *abaft, aft, astern … New Dictionary of Synonyms
ahead — I [[t]əhe̱d[/t]] ADVERB USES ♦♦ (In addition to the uses shown below, ahead is used in phrasal verbs such as get ahead , go ahead , and press ahead .) 1) ADV: ADV after v, n ADV, ADV with cl Something that is ahead is in front of you. If you look … English dictionary