-
1 aanstellerij
2 [kinderachtig gedrag] childish behaviour♦voorbeelden:2 is het nu uit met die aanstellerij? • are you quite finished? -
2 aanstellerij
-
3 aanstellerij
притворство; комедия* * *сущ.общ. комедия, притворство -
4 aanstellerij
n. pose, childish behavior -
5 aanstellerij
affectation, afféterie, minauderie -
6 het is maar aanstellerij
het is maar aanstellerijVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het is maar aanstellerij
-
7 is het nu uit met die aanstellerij?
is het nu uit met die aanstellerij?are you quite finished?Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > is het nu uit met die aanstellerij?
-
8 air
n. lucht; wind; sfeer; gevoelsuitdrukking; van muziekspelen--------v. luchten; waaienair1[ eə]1 voorkomen ⇒ sfeer, aanzicht♦voorbeelden:have an air of gentility/loneliness • een deftige/eenzame indruk maken2 airs and graces • aanstellerij, kouwe druktegive oneself/put on airs • zich aanstellen, indruk proberen te maken1 lucht ⇒ atmosfeer, dampkring2 lucht ⇒ luchtruim, hemel♦voorbeelden:get some (fresh) air • een frisse neus halenin the open air • in (de) open luchtthe plane has just taken the air • het vliegtuig is zojuist opgestegenby air • met het vliegtuig, per luchtpost3 be/go on the air • in de ether zijn/gaan, uitzenden, uitgezonden wordenthe prime minister went on the air • de eerste minister hield een radio/tv-toespraakover the air • per radiolive on air • van de lucht leven, nauwelijks iets etentread/walk on air • in de wolken/de zevende hemel zijnrumours are in the air • het gerucht doet de rondemy plans are still (up) in the air • mijn plannen staan nog niet vasthe was left in the air • hij werd in het ongewisse gelatenshe was up in the air about it • ze was er erg opgewonden door————————air21 drogen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 bekendmaken ⇒ luchten, ventileren♦voorbeelden:3 air one's grievances/ideas • uiting geven aan zijn klachten/ideeën -
9 affectation
affectation [aafektaasjõ]〈v.〉1 bestemming ⇒ plaats van bestemming, post2 aanstelling ⇒ benoeming, indeling3 gemaaktheid ⇒ gekunsteldheid, aanstellerij♦voorbeelden:s'habiller sans affectation • zich onopvallend kledenparler sans affectation • op natuurlijke toon sprekenf1) bestemming2) aanstelling, benoeming3) gemaaktheid, aanstellerij -
10 comédie
comédie [kommeedie]〈v.〉3 aanstellerij ⇒ komedie, veinzerij♦voorbeelden:comédie musicale • musical5 c'est toujours la même comédie pour entrer dans ce cinéma! • 't is altijd hetzelfde gelazer om in die bioscoop binnen te komen!f1) komedie2) aanstellerij, veinzerij4) gedoe, toestand5) scène, drukte -
11 théâtre
théâtre [tee.aatr]〈m.〉1 schouwburg ⇒ theater, toneel♦voorbeelden:répertoire d'un théâtre • repertoire van een schouwburgthéâtre de verdure • openluchttheaterthéâtre à thèse • geëngageerd toneelthéâtre antique • klassiek toneelde théâtre • theatraal, gemaakt, overdreventhéâtre d'opérations • strijdtoneel, actieterreinm1) schouwburg, theater2) toneel4) aanstellerij -
12 комедия
ngener. komedie, aanstellerij, blijspel -
13 притворство
ngener. aanstellerij, geaffecteerdheid, gehuichel, geveinsdheid, huichelarij, simulatie, veinzerij -
14 affectation
n. het doen alsof[ æfekteesjn]1 geaffecteerdheid ⇒ gekunsteldheid, gemaaktheid2 aanstellerij ⇒ vertoon, pralerige ingenomenheid -
15 airs and graces
aanstellerij, kouwe drukte -
16 carry-on
-
17 histrionics
n. kunst van het spel[ histrie▪onniks] 〈 werkwoord ook enkelvoud〉 -
18 performance
n. opvoering, optreden van artistieke aard voor publiek; uitvoering; spel, act, daad; prestatie[ pəfo:məns]1 voorstelling ⇒ op/uitvoering, tentoonstelling♦voorbeelden:his performance of Romeo • zijn uitbeelding/vertolking van Romeo1 uitvoering ⇒ volbrenging, vervulling♦voorbeelden: -
19 pretence
n. voorwendsel; schijn; uiterlijk vertoon♦voorbeelden:on the slightest pretence • bij de geringste aanleiding -
20 cabotinage
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский
aanstellerij
Страницы