-
1 aangeslagen
2 [natuurkunde] excited3 [met aanslag bedekt] steamed up, misted over♦voorbeelden:hij was aangeslagen door het nieuws • he was shaken by the news -
2 aangeslagen
♦voorbeelden: -
3 aangeslagen
adj. influenced, affected -
4 aangeslagen
-
5 dat plan is bij hen aangeslagen
dat plan is bij hen aangeslagenDeens-Russisch woordenboek > dat plan is bij hen aangeslagen
-
6 de bokser maakte een aangeslagen indruk
de bokser maakte een aangeslagen indrukDeens-Russisch woordenboek > de bokser maakte een aangeslagen indruk
-
7 ambtshalve aangeslagen worden
ambtshalve aangeslagen wordenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ambtshalve aangeslagen worden
-
8 dat plan is bij hen goed aangeslagen
dat plan is bij hen goed aangeslagenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat plan is bij hen goed aangeslagen
-
9 de bokser maakte een aangeslagen indruk
de bokser maakte een aangeslagen indrukVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de bokser maakte een aangeslagen indruk
-
10 hij was aangeslagen door het nieuws
hij was aangeslagen door het nieuwsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij was aangeslagen door het nieuws
-
11 in de belasting aangeslagen worden
in de belasting aangeslagen wordenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in de belasting aangeslagen worden
-
12 aanslaan
1 [snel en kort raken] frapper3 [gereedmaken] mettre en état de fonctionner4 [beslag leggen op] confisquer5 [dieper indrijven] enfoncer♦voorbeelden:een toets aanslaan • frapper une touche2 iemand hoog aanslaan • avoir qn. en haute estimeiemand te hoog aanslaan • surestimer qn.iemand te laag aanslaan • sousestimer qn.→ link=toon toon1 [m.b.t. een motor] démarrer2 [zich aan de oppervlakte vasthechten] se déposer3 [beslaan] s'embuer4 [goed ontvangen worden] être bien accueilli5 [even geluid geven] se mettre à faire du bruit6 [wortel schieten] prendre7 [salueren] saluer♦voorbeelden: -
13 aanslaan
2 [de waarde bepalen van] estimate ⇒ assess 〈onroerendgoedbelasting e.d.〉, tax 〈inkomstenbelasting e.d.〉♦voorbeelden:1 een toets/snaar aanslaan • strike a key, touch a string2 iemand hoog aanslaan • 〈 waarderen〉 think highly of someone; 〈 belasting〉 assess/tax someone at a high rate1 [met betrekking tot een motor] start3 [beslaan] steam up, mist up/over 〈 ruit〉♦voorbeelden: -
14 ambtshalve
♦voorbeelden:ambtshalve kreeg hij daarmee te maken • he had to deal with that in his official capacity -
15 belasting
2 [psychische druk] burden, pressure3 [verplichte bijdrage aan de overheid] tax(ation) ⇒ 〈 plaatselijk, op onroerend goed; Brits-Engels〉 rate(s)5 [dienst] tax authorities ⇒ ±BInland Revenue, ±AIRS, ±Internal Revenue Service6 [genetica] hereditary defect♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 belasting van het milieu met chemische producten • burdening of the environment with chemicalsdode belasting • dead weightnuttige belasting • payloadde maximaal toelaatbare belasting • the maximum permitted loadbij volle belasting • when fully ladenbelasting heffen • levy taxesbelasting inhouden op het loon • deduct tax from someone's wagesbelasting innen • collect tax(es)belasting ontduiken • evade taxin de belasting aangeslagen worden • be assessed for taxiemand van de belastingen • someone from the tax office -
16 dof
♦voorbeelden:2 een doffe knal/dreun • a muffled bang, a dull rumbleII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden:1 doffe tinten • dull/muted hues/tintsdof maken/worden • tarnish
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Французский