-
21 упрямый
adjgener. koppig, stijf, steeg, balsturig, bokachtig, bokkerig, bokkig, dwars, halsstarrig, hardhoofdig, hardnekkig, hoofdig, obstinaat, onhandelbaar, onwillig, stijfhoofdig, stijfzinnig, warrig, weerbarstig -
22 contrary
adj. het tegenovergestelde, tegenovergesteld; koppig; weigeraar--------adv. tegengesteld, strijdig (met)--------n. tegenovergesteldcontrary1[ kontrərie] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: contraries〉♦voorbeelden:1 on the contrary • integendeel, juist niet… to the contrary • … ten spijt, niettegenstaande …if I don't hear anything to the contrary … • zonder tegenbericht …evidence to the contrary • bewijs van het tegendeel————————contrary22 ongunstig ⇒ tegenwerkend, averechts3 tegendraads ⇒ weerbarstig/spannig, eigenwijs♦voorbeelden:1 be contrary to • botsen/strijdig zijn metcontrary to • tegen … in, … ten spijt, ondanks -
23 contumacious
adj. weerspannig, zich verzettend; ongehoorzaam aan een bevel van een rechter, weerspannig[ kontjoemeesjəs] 〈 formeel〉 -
24 peevish
-
25 stubborn
adj. eigenwijs[ stubbən] 〈 stubbornness〉1 koppig ⇒ eigenwijs, obstinaat, eigenzinnig2 weerbarstig, weerspannig ⇒ hardnekkig, moeilijk te bewerken♦voorbeelden:stubborn soil • taaie grond -
26 uppity
adj. veel praats hebbend, brutaal[ uppətie] 〈 informeel〉 -
27 wiry
-
28 wiriness
n. buigzaam zijn, sterk zijn, weerbarstig zijn; taaiheid; eigenschappen van prikkeldraad -
29 cheveux indisciplinés
cheveux indisciplinés -
30 ingouvernable
ingouvernable [ẽgoevernaabl]2 onhandelbaar ⇒ weerbarstig, ongedwee -
31 récalcitrant
récalcitrant [reekaalsietrã]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉1 weerbarstig ⇒ weerspannig, koppig♦voorbeelden:1 récalcitrant à, contre • afwijzend, vijandig tegenles récalcitrants à l'impôt • de onwillige belastingbetalersun récalcitrant • weerspannig iemand -
32 неподатливый
adjgener. weerbarstig, stug -
33 непокорный
adjgener. weerbarstig, kregel, kregelig -
34 непослушный
adjgener. weerbarstig, onhandelbaar, onwillig, ondeugend, ongehoorzaam, ongewillig, ongezeglijk, stout, weerspannig -
35 строптивый
adjgener. balorig, dwars, kregel, kregelig, balsturig, ongewillig, ongezeglijk, onwillig, recalcitrant, weerbarstig, weerspannig -
36 упрямый
adjgener. koppig, stijf, steeg, balsturig, bokachtig, bokkerig, bokkig, dwars, halsstarrig, hardhoofdig, hardnekkig, hoofdig, obstinaat, onhandelbaar, onwillig, stijfhoofdig, stijfzinnig, warrig, weerbarstig -
37 aufsässig
-
38 obstinat
obstinat -
39 störrisch
störrisch1 koppig, stug ⇒ weerbarstig -
40 trotzig
См. также в других словарях:
Mathieu Smedts — Peter Mathijs „Mathieu“ Smedts (* 26. Mai 1913 in Helden Grashoek; † 11. August 1996 in Amsterdam) war ein niederländischer Journalist und Autor. Er war von 1955 bis 1969 Chefredakteur der politischen Wochenzeitung Vrij Nederland.… … Deutsch Wikipedia
Smedts — Peter Mathijs „Mathieu“ Smedts (* 26. Mai 1913 in Helden Grashoek; † 11. August 1996 in Amsterdam) war ein niederländischer Journalist und Autor. Er war von 1955 bis 1969 Chefredakteur der politischen Wochenzeitung Vrij Nederland.… … Deutsch Wikipedia