-
1 vergroten
1 [vermeerderen] augmenter2 [groter maken; overdrijven; groter weergeven] grossir♦voorbeelden:foto's vergroten • agrandir des photosde kamer vergroten • agrandir le séjourdeze microscoop vergroot 300 maal • ce microscope grossit 300 fois -
2 vergroten
accroître, agrander, amplifier, augmenter, étendre -
3 de kamer vergroten
de kamer vergroten -
4 foto's vergroten
foto's vergroten -
5 zijn omzet vergroten
zijn omzet vergroten -
6 opvoering
-
7 uitbreiden
II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [vergroten] étendre♦voorbeelden:zijn kennis uitbreiden • développer ses connaissanceshet onderzoek verder uitbreiden • élargir le champ des rechercheszijn woordenschat uitbreiden • enrichir son vocabulaireeen ziekenhuis uitbreiden • agrandir un hôpitalhet aantal leden uitbreiden tot acht • augmenter le nombre des membres à huitIII 〈wederkerend werkwoord; zich uitbreiden〉1 [groeien] s'étendre -
8 uitleggen
1 [uiteenzetten] expliquer2 [m.b.t. dromen] interpréter3 [vergroten] élargir4 [langer maken] allonger5 [uitspreiden] étaler♦voorbeelden:hoe moet ik dat nu uitleggen? • comment dire?iets ten kwade uitleggen • interpréter qc. en mal -
9 uitschuiven
Перевод: со всех языков на французский
с французского на все языки- С французского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Датский
- Немецкий
- Нидерландский
- Пенджабский
- Русский
- Турецкий
- Французский
- Шведский