Перевод: с немецкого на все языки

со всех языков на немецкий

Со всех языков на:
Немецкий
С немецкого на:
Нидерландский

verbouwen

Толкование Перевод

1 verbauen

verbauen

1 verbouwen, bij de bouw verbruiken

2 verbouwen, aan de bouw uitgeven

3 dicht-, toebouwen ⇒ het uitzicht benemen

4 verkeerd bouwen

5 bederven door bebouwing

♦voorbeelden:

3 〈 figuurlijk〉 jemandem den Weg verbauen • iemand de weg versperren

5 das schöne Tal verbauen • het mooie dal door bebouwing bederven

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > verbauen
2 anbauen

anbauen

I    〈 overgankelijk werkwoord〉

1 telen, verbouwen ⇒ aanplanten, kweken

2 aan-, bijbouwen

♦voorbeelden:

2    eine Scheune an das, dem Haus anbauen • een schuur aan het huis aanbouwen

¶    〈 informeel〉 es kommen noch Gäste, wir müssen anbauen • er komen nog gasten, wij moeten een tafel bijschuiven

II sich anbauen 〈 wederkerend werkwoord〉

1 zich vestigen

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > anbauen
3 ausbauen

ausbauen

1 demonteren

2 vergroten, verruimen, uitbreiden

3 verbouwen

♦voorbeelden:

1 den Vergaser ausbauen • de carburator demonteren

2 eine Straße ausbauen • (a) een weg doortrekken; (b) een weg verharden

eine Technik ausbauen • een techniek verbeteren

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > ausbauen
4 bauen

bauen

I    〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 bouwen, werken

2 bouwen ⇒ vertrouwen

3 gebouwd, geconstrueerd zijn

♦voorbeelden:

2    auf jemanden bauen • op iemand bouwen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 bouwen

2 aanleggen

3 construeren, maken

4 〈 landbouw〉 verbouwen

5 〈 informeel〉doen, afleggen

6 〈 informeel〉veroorzaken, hebben ⇒ aanrichten

♦voorbeelden:

3    〈 informeel〉 die Betten bauen • de bedden opmaken

5    seinen Doktor bauen • promoveren

6    einen Unfall bauen • een ongeval veroorzaken, hebben

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > bauen
5 kultivieren

kultivieren

1 cultiveren ⇒ verfijnen, veredelen

2 〈 landbouw〉cultiveren, in cultuur brengen

3 〈 landbouw〉cultiveren, telen, verbouwen

♦voorbeelden:

1 eine Bekanntschaft kultivieren • een relatie aanhouden

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > kultivieren
6 umbauen

umbauen¹

〈overgankelijk & onovergankelijk werkwoord〉

1 verbouwen ⇒ ombouwen, veranderen, reconstrueren

2 〈 dramaturgie〉 changeren

♦voorbeelden:

2 die Bühne umbauen • de decors veranderen

————————

umbauen²

〈 overgankelijk werkwoord〉

1 inbouwen ⇒ insluiten, bouwen om(heen)

♦voorbeelden:

16 00 m³ umbauter Raum • 600 m³ omsloten ruimte

Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > umbauen

См. также в других словарях:

Amsterdamer Stadthaus — Paleis op de Dam in Amsterdam Der Paleis op de Dam ist der Königliche Palast, der sich in der Amsterdamer Innenstadt am Rande des Platzes de Dam befindet. Er wurde von 1648 bis 1665 – als sich Amsterdam im Goldenen Zeitalter auf dem Höhepunkt… … Deutsch Wikipedia
Paleis op de Dam — in Amsterdam Der Paleis op de Dam ist der Königliche Palast, der sich in der Amsterdamer Innenstadt am Rande des Platzes de Dam befindet. Er wurde von 1648 bis 1665 – als sich Amsterdam im Goldenen Zeitalter auf dem Höhepunkt seiner Macht… … Deutsch Wikipedia
Paleis op de dam — in Amsterdam Der Paleis op de Dam ist der Königliche Palast, der sich in der Amsterdamer Innenstadt am Rande des Platzes de Dam befindet. Er wurde von 1648 bis 1665 – als sich Amsterdam im Goldenen Zeitalter auf dem Höhepunkt seiner Macht… … Deutsch Wikipedia

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с немецкого на все языки

verbouwen

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с немецкого на все языки

verbouwen

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: