-
1 daze
n. verdoving, verbijstering--------v. verdoven, bedwelmendaze1[ deez] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 in a daze • verdoofd, versuft2 in a daze • verbluft, ontsteld————————daze2〈 werkwoord〉1 verdoven ⇒ bedwelmen, doen duizelen♦voorbeelden:dazed with drugs • versuft van medicijnen/drugs -
2 dazedly
-
3 in a daze
in a dazeverbluft, ontsteld————————in a dazeverdoofd, versuft -
4 puzzled
-
5 stun
n. bewusteloos slaan; schokken, verwarren--------v. verbazen; ontzetten, schokken2 schokken ⇒ verwarren, verdoven3 versteld doen staan ⇒ verbluft doen staan, verbazen♦voorbeelden: -
6 was dumbfounded
was verbluft, stond verstomd -
7 rêveur
-
8 stupéfait
-
9 épaté
épaté [eepaatee] -
10 interloqué
-
11 laisser qn. rêveur
laisser qn. rêveur -
12 erschlagen
erschlagen♦voorbeelden:〈informeel; figuurlijk〉 (wie) erschlagen sein • kapot, verbluft zijn -
13 fertig
fertig1 klaar, gereed♦voorbeelden:es nicht fertig bringen, ein Tier zu töten • het niet over zich kunnen verkrijgen een dier te dodendas Gemüse muss noch fertig kochen • de groente moet nog gaar kokenetwas fertig kochen • (straks) klaar zijn met het koken van ietssich zum Essen fertig machen • zich voor het eten klaarmakendie Koffer fertig packen • de koffers klaarmakennicht fertig werden können zu erzählen • niet uitverteld rakenschnell fertig sein mit seinen Antworten • niet om een antwoord verlegen zijnmit einem Erlebnis fertig werden • een belevenis verwerkenmit einem Problem fertig werden • een probleem aankunnenfertig zum Abfahren • klaar om te vertrekkendu gehst nicht dahin, (und) fertig! • je gaat er niet heen, en hiermee basta!eine fertige Hand • een vaardige handetwas fertig bringen, 〈 informeel〉 bekommen, kriegen • (a) klaarkrijgen, af krijgen; (b) klaarkrijgen, voor elkaar krijgen3 jemanden fertig machen • (a) iemand afmaken, murw maken, uitputten; (b) op zijn nummer zetten • (c) af-, kapotmaken, ombrengender Lärm macht mich noch ganz fertig! • ik word stapelgek van dat lawaai!mit den Nerven fertig sein • een zenuwinzinking nabij zijn -
14 fertig sein
-
15 perplex
-
16 starr
-
17 verdutzt
verdutzt1 verbouwereerd ⇒ perplex, verbluft -
18 wie erschlagen sein
kapot, verbluft zijn
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Немецкий
- Нидерландский
- Французский
- Эльзасский