-
1 émacier
émacier [eemaasjee]1 mager worden ⇒ vermageren, uitteren -
2 consumer
consumer [kõsuumee]♦voorbeelden:1 langzaam verbranden 〈 vooral door vuur〉 ⇒ langzaam vernietigd worden, langzaam uitgaan 〈van vuur enz.〉2 wegkwijnen ⇒ wegteren, langzaam vergaan (van)1. v1) verbranden [vuur]2) verwoesten, vernietigen3) slopen, verzwakken [koorts, verdriet]2. se consumerv2) langzaam uitgaan [vuur]3) wegteren, wegkwijnen -
3 décharner
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский