-
1 uitslaan
1 [van zich af slaan] étendre2 [door slaan uitdrijven] faire sortir (par des coups)4 [uitvouwen] déplier5 [uiten] débiter♦voorbeelden:flink de benen uitslaan • bien allonger les jambes2 iemand een tand uitslaan • casser une dent à qn.het stof uitslaan • secouer la poussièreeen stofdoek uitslaan • secouer un chiffoneen deuk uitslaan • redresser une tôle cabosséez'n service uitslaan • manquer son service→ link=vleugel vleugel1 [naar buiten komen] jaillir2 [bedekt worden met vocht] suinter3 [bedekt worden met schimmel] moisir4 [m.b.t. wijzers] dévier♦voorbeelden:de vlammen slaan uit • les flammes jaillissent -
2 uitslaan
2 [door slaan uitdrijven] drive/knock out3 [door slaan verwijderen] beat/strike out4 [zuiveren] shake/beat out6 [pletten] hammer/beat (out)7 [uiten] utter, talk8 [buiten het speelveld slaan] strike/hit out♦voorbeelden:3 het stof uitslaan • beat/shake out the dust1 [naar buiten komen] break/burst out♦voorbeelden:1 een uitslaande brand • a blaze/conflagration -
3 uitslaan
забить; раскинуть; отбросить; расправить; раздвинуть; встряхнуть; выпустить; нести; пороть; грязно ругаться; вырваться из* * *гл.общ. выбивать, откачивать воду, отсыревать, расправлять, распростирать, сплющивать, выбивать (о пламени), выступать (о сыпи, плесени и т.п.), переставать бить (о часах), делать рабочий чертёж (обычно в натуральную величину), расплющивать (железо), потеть (о стенах и т.п.) -
4 uitslaan
v. shake, spread, rave about, punch, hoof -
5 uitslaan
• to beat out• to deflect• to develop• to effloresce• to exude• to hammer out• to lance• to open out• to sweat• to unfold -
6 gore taal uitslaan
-
7 (er) wartaal uitslaan
(er) wartaal uitslaan -
8 de armen uitslaan
de armen uitslaan -
9 de sla uitslaan
de sla uitslaan -
10 de vleugels uitslaan
de vleugels uitslaan -
11 een bal uitslaan
een bal uitslaan -
12 een deuk uitslaan
een deuk uitslaan -
13 een stofdoek uitslaan
een stofdoek uitslaan -
14 flink de benen uitslaan
flink de benen uitslaan -
15 gemene taal uitslaan
gemene taal uitslaan -
16 het stof uitslaan
het stof uitslaan -
17 iemand een tand uitslaan
iemand een tand uitslaancasser une dent à qn. -
18 onzin uitslaan
onzin uitslaan -
19 onzin uitslaan, uitkramen, verkopen
onzin uitslaan, uitkramen, verkopenDeens-Russisch woordenboek > onzin uitslaan, uitkramen, verkopen
-
20 schunnige taal uitslaan
schunnige taal uitslaan
См. также в других словарях:
Liste falscher Freunde — Die Liste falscher Freunde listet eine Auswahl häufiger falscher Freunde (Übersetzungsfallen bzw. Verständnisprobleme) zwischen Deutsch und anderen Sprachen, dem in der Bundesrepublik Deutschland und in anderen Staaten gesprochenen Deutsch sowie… … Deutsch Wikipedia