-
1
schrikbeeld
1 phantom, spectre ⇒
bogey
♦voorbeelden:
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > schrikbeeld
-
2
schrikbeeld
Deens-Russisch woordenboek > schrikbeeld
-
3
schrikbeeld
прил.
общ. пугало, страшилище
Dutch-russian dictionary > schrikbeeld
-
4
schrikbeeld
n. chimera, bugaboo, bugbear
Holandés-inglés dicionario > schrikbeeld
-
5
het schrikbeeld van de werkloosheid
het schrikbeeld van de werkloosheid
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het schrikbeeld van de werkloosheid
-
6
bogey
n. boeman, duivel; schrikbeeld; bogey (in golf - score v. 1 slag boven par voor een hole); vliegtuig dat qua identiteit niet herkenbaar is (zoals BOGY)
[ boogie] 〈meervoud: bogeys, bogies〉
1 boeman ⇒
(kwel)duivel, kwade geest
English-Dutch dictionary > bogey
-
7
bugbear
n. boeman; spook, schrikbeeld
bugbear
English-Dutch dictionary > bugbear
-
8
cauchemar
cauchemar [koosĵmaar]
〈m.〉
♦voorbeelden:
m
Dictionnaire français-néerlandais > cauchemar
-
9
épouvantail
épouvantail [eepoevãtaaj]
〈m.〉
♦voorbeelden:
m
Dictionnaire français-néerlandais > épouvantail
-
10
пугало
n
1) gener. bietebauw, boeman, bullebak, schrikbeeld, vogelverschrikker
Russisch-Nederlands Universal Dictionary > пугало
-
11
страшилище
n
gener. bietebauw, gedrocht, monstrum, schrikbeeld
Russisch-Nederlands Universal Dictionary > страшилище
-
12
bogy
n. boeman; schrikbeeld; vrachtkar
English-Dutch dictionary > bogy
-
13
chimera
n. onaangepaste delen; hersenschim, zelfbedrog, illusie; persoon of orgaan bestaande uit weefsels van verschillende genetische constitutie; soort diepzeevis (met kraaskbeenskelet) spitstoelopend lichaam met gladde huid en staart in vorm van een zweep
English-Dutch dictionary > chimera
-
14
incubus
n. nachtmerrie; schrikbeeld; spook, geest
[
ingkjoebəs]
〈meervoud: ook incubi [
- baj]
〉
English-Dutch dictionary > incubus
-
15
phantom
n. spook, fantoom; naam v.e. Amerikaanse jachtbommenwerper
phantom1
2 fantoom ⇒
(droom)beeld; hallucinatie
♦voorbeelden:
¶ he is only a phantom of a king • hij is slechts in naam/schijn (een) koning
————————
phantom2
1 spook- ⇒
spookachtig, schimmig
♦voorbeelden:
English-Dutch dictionary > phantom
-
16
spectre
English-Dutch dictionary > spectre
-
17
the phantom of war and violence
the phantom of war and violence
English-Dutch dictionary > the phantom of war and violence
-
18
the spectre of war
English-Dutch dictionary > the spectre of war
-
19
bugbearish
adj. van onnodige angst, schrikbeeld-
English-Dutch dictionary > bugbearish
-
20
cauchemardesque
cauchemardesque [koosĵmaardesk],
cauchemardeux [koosĵmaardeu]
♦voorbeelden:
adj
gruwelijk, als een nachtmerrie
Dictionnaire français-néerlandais > cauchemardesque