-
1 liquid detergent
reinigingsmiddel, afwasmiddel -
2 benzine
n. benzine[ benzie:n, benzie:n] -
3 cathartic
adj. laxeermiddel; reinigingsmiddel--------n. (drug) laxeren[ kəθa:tik]1 met betrekking tot/leidend tot een catharsis -
4 cleaner
n. schoonmaker[ klie:nə]1 schoonmaker/maakster ⇒ werkster♦voorbeelden:¶ 〈 informeel〉 take someone to the cleaner's • iemand uitkleden/uitschudden; de vloer met iemand aanvegen -
5 cleanser
n. melk om gezicht te reinigen; wasmiddel; reiniger[ klenzə] -
6 detergent
-
7 eye water
n. reinigingsmiddel of vloeistof of crème voor behandeling van ogen (Oftalmologie); natuurlijke tranen of afvoer uit ogen -
8 lapactic
adj. Zuivert; reinigingsmiddel -
9 nitromersol
n. nitromersol (reinigingsmiddel) -
10 cleaner
ontvettingsinstallatieontvettingsmiddelreinigingsmiddel -
11 cleaning agent
poetsmiddelreinigingsmiddelschoonmaakmiddel -
12 detergent
afwasmiddelpoetsmiddelreinigingsmiddelwasmiddelwaspoeder
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский