-
21 upend
v. overeind zitten, het onderste boven keren; op het randje zetten; op het randje staanupend -
22 mettre
mettre [metr]1 plaatsen ⇒ leggen, zetten, stellen5 teweegbrengen ⇒ veroorzaken, stichten 〈zie voor uitdrukkingen die hier niet vermeld zijn de betreffende zelfstandige naamwoorden〉♦voorbeelden:mettre longtemps à cuire • lang moeten kokenles mettre • 'm smeren, ervandoor gaanqu'est-ce qu'il lui met! • die geeft hem van katoen!mettre qn. dedans • iemand erin laten lopenmettre de la bonne volonté à faire qc. • zijn goede wil bij iets tonen〈 informeel〉 mettez, mettons que 〈+ aanvoegende wijs〉 • laten we (nu eens) aannemen dat, stel dat, aangenomen dat→ vue1 zich plaatsen, zetten ⇒ gaan staan, liggen, zitten2 〈+ à〉beginnen (met, te)3 aantrekken ⇒ aandoen, opzetten 〈zie voor uitdrukkingen die hier niet vermeld zijn de betreffende zelfstandige naamwoorden〉♦voorbeelden:se mettre debout • opstaan, overeind komense mettre dans une situation délicate • zich in een lastig parket brengense mettre en avant • zich op de voorgrond plaatsens'y mettre • aan de gang, slag gaanle tout c'est de s'y mettre • alleen het begin is moeilijkne plus savoir où se mettre • in een moeilijk parket zittense mettre après qn. • iemand plagen, voor de gek houdense mettre au beau • mooi (weer) wordense mettre avec qn. • met iemand gaan samenwonense mettre en quatre pour qn. • zich voor iemand uit de naad lopenqu'est-ce qu'on s'est mis! • wat hebben we geschranst!v1) plaatsen, zetten, leggen2) aantrekken [kleding]4) aanzetten [verwarming, radio]5) veroorzaken -
23 se mettre debout
se mettre deboutgaan staan, opstaan————————se mettre deboutopstaan, overeind komen -
24 gerade
gerade12 rondborstig, eerlijk ⇒ open, oprecht4 precies, juist♦voorbeelden:1 in gerader Richtung • rechtdoor, rechtuitetwas gerade biegen • iets rechtbuigenetwas gerade richten • iets rechtmaken, reparerengerade stehen • (recht) staan————————gerade2〈 bijwoord〉1 net, juist ⇒ pas; nauwelijks, amper2 vlak, recht ⇒ direct, meteen♦voorbeelden:1 das fehlt gerade noch! • dat ontbreekt er nog maar aan!in einer Stunde schreibt er gerade eine Seite • in één uur (tijd) schrijft hij amper één bladzijdedas ist es ja gerade! • dat is het hem nou juist, nou net!das kommt gerade recht • dat komt net goed uit, van pasgerade gegenüber • recht tegenover
Страницы
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Halten — 1. Bat es der dann1, dat eiwich hält, hadde mâl de Mü ermann sacht, doa was eam en niggen2 Backowen infallen. (Westf.) – Hoefer, 774a. 1) Was gibt es. 2) Neuer. – In Mecklenburg: Wat sall t ok ewig hollen, sär dei Murer, da full em dei Backawen… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon