-
1 opgooien
-
2 opgooien
-
3 opgooien
-
4 opgooien
v. throw up, toss, toss up -
5 opgooien
-
6 opgooien
vräka -
7 een balletje over iets opgooien
een balletje over iets opgooienlancer un ballon d'essai à propos de qc.Deens-Russisch woordenboek > een balletje over iets opgooien
-
8 een munt opgooien
een munt opgooien -
9 een bal/muntstuk opgooien
een bal/muntstuk opgooienthrow up a ball, toss a coinVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een bal/muntstuk opgooien
-
10 een balletje over iets opgooien
een balletje over iets opgooienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een balletje over iets opgooien
-
11 laten we opgooien om te bepalen wie er uit moet
laten we opgooien om te bepalen wie er uit moetVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > laten we opgooien om te bepalen wie er uit moet
-
12 een balletje van opgooien
пускать пробный шар; закинуть удочку, чтобы прощупать чьё-либо мнение* * *гл. -
13 een balletje van iets opgooien
пускать пробный шар; закинуть удочку, чтобы прощупать чьё-либо мнение -
14 fly a kite
-
15 toss
n. toss, opgooi; worp (met dobbelstenen); slinger--------v. gooien, werpen; rollentoss1[ tos] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 worp♦voorbeelden:lose/win the toss • verliezen/winnen bij het tossen————————toss21 tossen ⇒ een munt opgooien, loten♦voorbeelden:2 schudden ⇒ (doen) zwaaien, afwerpen♦voorbeelden:toss about (in one's bed) • (in zijn bed) liggen te woelentoss one's head back with contempt • zijn hoofd minachtend in de nek gooien→ toss off toss off/1 gooien ⇒ aan/op/toegooien, in de lucht werpen♦voorbeelden:toss hay • hooi kerentoss a pancake • een pannenkoek in de lucht keren -
16 закинуть удочку, чтобы прощупать чьё-либо мнение
vRussisch-Nederlands Universal Dictionary > закинуть удочку, чтобы прощупать чьё-либо мнение
-
17 подбросить
vgener. (мяч, ребёнка, полено в печь) opgooien -
18 пускать пробный шар
vRussisch-Nederlands Universal Dictionary > пускать пробный шар
-
19 coin
n. muntstuk--------v. munt opgooien; betalen (woordspel)coin1[ kojn] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:toss/flip a coin • kruis of munt gooien, tossen————————coin2〈 werkwoord〉♦voorbeelden: -
20 feeler
n. voelspriet (van insect); voeler[ fie:lə]♦voorbeelden:
- 1
- 2