-
1 onthullen
1 [van het hulsel ontdoen] unveil♦voorbeelden:een geheim onthullen • divulge a secrethij onthulde haar de waarheid • he revealed the truth to heralles onthullen • reveal/tell all -
2 onthullen
-
3 onthullen
открывать; раскрывать; открыть; раскрыть, обнаружить, обнажить; разоблачить; сорвать завесу (покров)* * *(d)2) раскрывать ( тайну)* * *гл.общ. разоблачать, снимать покров с (чего-л.), открывать, раскрывать (тайну и т.п.) -
4 onthullen
enthüllen -
5 onthullen
v. unveil, reveal, disclose, divulge, obelize -
6 onthullen
-
7 onthullen
ortaya çıkarmak [-ır] v -
8 onthullen
inaugurer -
9 een mysterie onthullen
een mysterie onthullen -
10 een standbeeld onthullen
een standbeeld onthullen -
11 iets geleidelijk onthullen
iets geleidelijk onthullenrévéler peu à peu qc. -
12 alles onthullen
alles onthullenreveal/tell allVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > alles onthullen
-
13 een gedenkteken onthullen
een gedenkteken onthullenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een gedenkteken onthullen
-
14 een geheim onthullen
een geheim onthullenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een geheim onthullen
-
15 een mysterie onthullen/oplossen
een mysterie onthullen/oplossenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een mysterie onthullen/oplossen
-
16 открывать
v1) gener. aanmaken (счет в банке и т.д.), ontluiken, ontsluiten, openbaren, openen, openstellen, opzetten, sperren, acquit geven (игру в биллиард), afsteken, inaugureren, ontdekken, onthullen, ontsluieren, opendoen, openleggen, openmaken, openslaan, opensluiten2) liter. petroleumbronnen aanboren (источники и т.п.) -
17 разоблачать
v1) gener. onthullen, (iets) aan het licht brengen, ontmaskeren, ontsluieren2) liter. blootleggen, demaskeren -
18 раскрывать
v1) gener. afdekken, ontsluieren, openslaan, opslaan, blootleggen, onthullen (тайну и т.п.), ontluiken, openleggen, te voorschijn brengen2) liter. ontsluiten (äóêó) -
19 снимать покров с
vgener. onthullen (чего-л.) -
20 geleidelijk
- 1
- 2