-
1 ondervraging
-
2 ondervraging
n. interrogation, examination, exam, interrogatory -
3 ondervraging
• interrogating -
4 verhoor
2 [scherpe ondervraging] interrogation, cross-examination♦voorbeelden:1 iemand in verhoor nemen • interrogate/question someone2 iemand een verhoor afnemen • take a statement from someone 〈van verdachte/slachtoffer/getuige door politie〉 -
5 enquête
Перевод: с нидерландского на английский
с английского на нидерландский- С английского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Немецкий
- Русский
- Французский