-
1 downstroke
n. beweging naar beneden (bij schrijven)downstroke2 〈 techniek, technologie〉neergaande beweging/slag -
2 jambage
-
3 Abstrich
Abstrich〈m.〉♦voorbeelden:1 am Etat einen Abstrich von Millionen machen, vornehmen • op de begroting voor miljoenen bezuinigenAbstriche machen • zich met minder tevreden stellenohne Abstriche gelten • onverkort gelden
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский