-
81 bijna
♦voorbeelden:bijna klaar • almost/nearly readybijna niets/niemand/nooit/geen • almost nothing/no-one/never/none; 〈 ook〉 hardly anything/anyone/ever/any -
82 bijnadoodervaring
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > bijnadoodervaring
-
83 bijstaan
♦voorbeelden:1 [vaag herinnerd worden] dimly recollect2 [nabij iets/iemand staan] stand near (by)♦voorbeelden:1 er staat me iets bij van een vergadering waar hij heen zou gaan • I seem to remember that he was to go to a meeting -
84 bijtrekken
2 [in een beter humeur komen] come (a)round♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [naderbij trekken] pull up ⇒ draw up/near♦voorbeelden: -
85 buurt
2 [bewoners] neighbourhood3 [nabijheid] neighbourhood♦voorbeelden:er was niemand in de buurt • there was nobody aroundeen prijs in de buurt van vierduizend gulden • a price in the region of four thousand guildersin/uit de buurt wonen • live nearby/a distance awayje kunt maar beter bij hem uit de buurt blijven • you're better off staying out of his way -
86 dat was op het kantje af
dat was op het kantje afthat was a near thing/close shaveVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat was op het kantje af
-
87 dat was op het nippertje
dat was op het nippertjethat was a close/near thing; 〈 met betrekking tot ontsnapping ook〉 that was a close shave/callVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat was op het nippertje
-
88 dicht bij huis
dicht bij huis -
89 dichtbij
I 〈 bijwoord〉♦voorbeelden:van dichtbij • from close upvan dichtbij bekijken • take a close look1 [nabijzijnd] nearby♦voorbeelden: -
90 die zaal is lang niet groot genoeg
die zaal is lang niet groot genoegthat room is nowhere/isn't anywhere near big enoughVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > die zaal is lang niet groot genoeg
-
91 een schildwacht posteren bij
een schildwacht posteren bijpost a sentry near/atVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een schildwacht posteren bij
-
92 er staat een file ter hoogte van Woerden
er staat een file ter hoogte van Woerdenthere is a Atraffic jam near WoerdenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > er staat een file ter hoogte van Woerden
-
93 haar
haar11 [haarvezel] hair2 [meervoud] [haardos] hair♦voorbeelden:zich de haren uit het hoofd trekken • tear one's hair, kick oneselfiets met de haren erbij slepen/trekken • drag something in (by the head and shoulders)geen haar op m'n hoofd die eraan denkt • I would not dream of itiemand geen haar krenken • not touch a hair of someone's headberouw/spijt hebben als haren op z'n hoofd • feel as sorry as could beelkaar in de haren vliegen • fly at each other, be at each other's throatsiemand tegen de haren instrijken • rub someone up the wrong wayiemand de haren te berge doen rijzen • make someone's hair stand on endm'n haren rezen te berge (van schrik) • my hair stood on end (with fear)het scheelde maar een haar of ik had haar geraakt • I just missed hitting herop een haar na • very nearlygeen haar beter zijn • not be a whit/one bit better1 [al de lichaamsharen] hair2 [het hoofdhaar] hair♦voorbeelden:z'n haar kammen/borstelen • comb/brush one's hairz'n haar laten knippen • have a haircutz'n haar verven • dye one's hairgoed in z'n haar zitten • have a thick head of hair————————haar2♦voorbeelden:hij gaf het haar • he gave it to herdie van haar is wit • hers is whiteII 〈bezittelijk voornaamwoord; vrouwelijk enkelvoud〉♦voorbeelden:zij doet het hare • she does her share -
94 haartje
♦voorbeelden:¶ ben je een haartje bedonderd/betoeterd? • have you gone off your rocker? -
95 halen
5 [erin slagen te bereiken] reach ⇒ catch 〈trein enz.〉, get 〈 hoge noten〉, 〈 het halen〉 make, 〈bij iets/iemand〉 compare, 〈 overleven〉 pull through♦voorbeelden:ik kan er mijn kosten niet uit halen • it doesn't cover my expensesiemand erin halen • drag someone ineruit halen wat erin zit • get the most out of somethingeruit halen wat eruit te halen is • take all one can getoverhoop halen • turn upside downwaar haal ik het geld vandaan? • where shall I find the money?alles naar zich toe halen • 〈 ook figuurlijk〉 grab everything, get one's hands on everything one cande vlag naar beneden halen • lower the flageen vliegtuig naar beneden halen • (bring) down an aeroplanevechters uit elkaar halen • seperate the fighterszijn zakdoek uit zijn zak halen • pull out one's handkerchiefer zo veel mogelijk uit halen • make the most ofiemand uit zijn concentratie halen • break someone's concentrationgeld van de bank halen • (with)draw money from the bankvoor zich halen • 〈 figuurlijk〉 visualize, imagine2 haal voor hem een glas bier! • get him a (glass of) beer!de post halen • collect the mailwordt je zuster gehaald? • is anybody coming for your sister?ik zal het gaan halen • I'll go and get itik zal je morgen komen halen • I'll come for you tomorrowhij haalt zijn boodschappen bij de supermarkt • he does his shopping at the supermarketeen muur tegen de grond halen • pull down a walliemand van de trein halen • meet someone at the stationdrie halen twee betalen • two for the price of oneiets te voorschijn/voor de dag halen • produce somethinghulp/de politie halen • go for help/the policeiemand/iets laten halen • send for someone/somethingiemand iets laten halen • send someone for something4 goede/slechte cijfers halen • get good/bad marksde eerste prijs halen • take first prizemaar net een voldoende halen voor zijn opstellen • scrape through in essay writingwaar haalt hij het vandaan • where does he get it from; 〈 ironisch〉 where does he get these ideas fromdat haal ik niet • I won't make ithij heeft de finish niet gehaald • he did not make it to the finishde post halen • be in time for the postzijn negentigste verjaardag halen • live to be ninetyde nieuwe dokter haalt het niet bij de oude • the new doctor isn't a patch on the old oneik denk niet dat hij (zieke) het zal halen • I don't think he will pull throughhun kandidaat heeft het nog net gehaald • their candidate scraped throughbier haalt het niet bij wijn • beer cannot compare with winedaar haalt niets (het) bij • nothing can touch/beat ithij haalt (het) niet bij haar • he's nowhere near as good as heriemand naar beneden halen • belittle someonevlekken halen uit iets • remove stains from something -
96 heinde
-
97 hemd
2 [overhemd] shirt♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 iemand het hemd van zijn lijf/gat vragen • want to know everything (from someone); 〈 lastig〉 pester someone (with questions)in zijn hemd staan • 〈figuurlijk; beroofd〉 be stripped of everything/cleaned out; 〈figuurlijk; voor gek〉 look a fool/foolish; 〈 letterlijk〉 be in one's vest/undershirt〈 figuurlijk〉 iemand in zijn hemd zetten • make someone look a fool/foolish〈 figuurlijk〉 iemand tot op het hemd uitschudden/uitkleden • take the shirt off someone's back, clean someone outtot op het hemd nat zijn • be soaked to the skin〈 spreekwoord〉 het hemd is nader dan de rok • near is my shirt, but nearer is my skin -
98 het Nabije/Verre Oosten
het Nabije/Verre Oostenthe Near/Far EastVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het Nabije/Verre Oosten
-
99 het hemd is nader dan de rok
near is my shirt, but nearer is my skinVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het hemd is nader dan de rok
-
100 het loopt af met hem
het loopt af met hemhe is sinking fast/is near the endVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het loopt af met hem
См. также в других словарях:
Near — or Near may refer to: Contents 1 Science, mathematics, technology, biology, and medicine 2 Geography 3 Lingu … Wikipedia
Near — Near, a. [Compar. {Nearer}; superl. {Nearest}.] [See {Near}, adv.] 1. Not far distant in time, place, or degree; not remote; close at hand; adjacent; neighboring; nigh. As one near death. Shak. [1913 Webster] He served great Hector, and was ever… … The Collaborative International Dictionary of English
near — [nir] adv. [ME nere < ON & OE: ON nær, near (orig. compar. of nā ): OE near, nearer, compar. of neah, NIGH] 1. at or to a relatively short distance in space or time [summer draws near] 2. relatively close in degree; almost: now usually nearly… … English World dictionary
Near — (n[=e]r), adv. [AS. ne[ a]r, compar. of ne[ a]h nigh. See {Nigh}.] 1. At a little distance, in place, time, manner, or degree; not remote; nigh. [1913 Webster] My wife! my traitress! let her not come near me. Milton. [1913 Webster] 2. Nearly;… … The Collaborative International Dictionary of English
near — near; near·ish; near·ly; near·most; near·ness; near·sight·ed·ly; near·sight·ed·ness; … English syllables
near — near, nearly Near has almost fallen out of use as an adverb meaning ‘almost’, and nearly serves this purpose: He was nearly dead with fright. Exceptions include near complete and near perfect: • Gunnell, captain of the British women s team,… … Modern English usage
near- — /nēr / combining form Denoting almost, as in nearˈ white of a colour closely resembling white, and nearˈ silkˈ artificial silk * * * near UK [nɪə(r)] US [nɪr] prefix almost used with many nouns and adjectives It’s a near certainty (=it will… … Useful english dictionary
NEAR — ist der Familienname folgender Personen: Holly Near (* 1949), US amerikanische Sängerin NEAR ist die Abkürzung für: Near Earth Asteroid Rendezvous, eine US amerikanische Raumsonde, siehe NEAR Shoemaker Diese Seite ist eine … Deutsch Wikipedia
near — [adj1] close by physically abreast, abutting, adjacent, adjoining, alongside, along toward, approximal, around, at close quarters, available, beside, bordering, burning, close, close at hand, close by, close shave*, conterminous, contiguous,… … New thesaurus
Near — Near, prep. Adjacent to; close by; not far from; nigh; as, the ship sailed near the land. See the Note under {near}, a. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
Near — Near, v. t. [imp. & p. p. {Neared}; p. pr. & vb. n {Nearing}.] [See {Near}, adv.] To approach; to come nearer; as, the ship neared the land. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English