-
1 film interdit aux moins de 16 ans
film interdit aux moins de 16 ansDictionnaire français-néerlandais > film interdit aux moins de 16 ans
-
2 ils ont moins de vingt ans
ils ont moins de vingt ansDictionnaire français-néerlandais > ils ont moins de vingt ans
-
3 les moins de vingt ans
les moins de vingt ans -
4 moins
moins1 [mwã]〈bijwoord; ook m.〉♦voorbeelden:moins il travaille (et) moins il réussira • hoe minder hij werkt, des te minder succes zal hij hebbenrien moins que • allesbehalve, geenszinsj'en veux dix francs, rien de moins • ik wil tien frank, geen cent minderrien de moins que • waarlijk, echt, niets minder danplus ou moins • min of meer, ongeveerni plus ni moins • niets meer en niets minderil n'en est pas moins vrai que • nietteminon se plaindrait à moins • er is alle reden om te klagenil y a moins d' une semaine • nog geen week geledenils ont moins de vingt ans • zij zijn onder de twintigde, en moins • minder, te kort, te weinigde moins en moins • hoe langer hoe minderen moins de • in minder dan, binnenen moins de deux, rien • in een wip, ommezien, oogwenkles moins de vingt ans • de jongeren onder de twintigc'est moins que rien • dit heeft niets te betekenenil est moins que rien • hij is zeer onbeduidendnon moins que • niet minder … dan, even … alsc'est un moins que rien • het is een nul→ plusà tout le moins, pour le moins • op zijn minstau moins • minstens, op zijn minsttout au moins • tenminste, althansdu moins • op zijn minst, althans, tenminste, dat wil zeggenle moins • het minste, het minimum¶ à moins que 〈+ aanvoegende wijs〉, de 〈+ onbepaalde wijs〉 • tenzij, zonder, behalve————————moins2 [mwẽ]〈voorzetsel; ook m.〉♦voorbeelden:sept moins cinq égalent deux • zeven min vijf is tweeil est presque (trois heures) moins cinq • het is bijna vijf voor (drie)il fait moins dix (degrés) • het is tien graden onder nuldix puissances moins sept • tien tot de macht min zevenmettez un moins • zet een minteken1. m1) (het) minste, minimum2) minteken2. adv1) minder, geringer2) minst, geringst3. prépmin, verminderd met -
5 interdit
interdit [ẽterdie]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉2 onthutst ⇒ stomverbaasd, sprakeloos♦voorbeelden:sens interdit • verboden in te rijdenc'est un sujet interdit • dat onderwerp is taboeun interdit • verbod, taboelever un interdit • een verbod opheffen, een taboe doorbrekenun interdit de séjour • uitgewezene -
6 plus
plus1 [pluu]〈m.〉♦voorbeelden:〈 spreekwoord〉 qui peut le plus, peut le moins • komt men over de hond, dan komt men ook over de staart(tout) au plus • hoogstens————————plus2 [pluu, pluus]〈 bijwoord〉3 〈ne … plus〉niet … meer4 plus ⇒ en♦voorbeelden:plus grand • groteril y a plus • sterker nogqui plus est • bovendien, sterker nogplus … (et) moins • hoe meer … des te minderj'ai deux francs de plus que toi • ik heb twee franken meer dan jijplus de • meer (dan)raison de plus • reden te meerde plus en plus • hoe langer hoe meerde, en plus • bovendienen plus de • behalveles plus de quinze ans • de jongeren boven de vijftienplus ou moins • min of meeril ne manque plus que ça! • dat ontbrak er nog maar aan, ook dat nog!→ fou¹ce qui frappe le plus • wat het meest opvaltvenez au plus vite • kom zo snel mogelijkla situation est des plus embarrassantes • de situatie is uiterst vervelendnon plus • ook nietpas plus • evenmin, niet meer danplus de • geen … meer1. m1) (het) meeste, maximum2) plusteken2. adv1) meer2) meest(e)3) [+ne] niet...meer4) plus, en -
7 penser
penser [pãsee]♦voorbeelden:1 les animaux pensent-ils? • beschikken dieren over een denkvermogen?façon de penser • zienswijzefaites-moi penser à lui écrire • help me eraan herinneren dat ik hem nog moet schrijvenlaisser, donner à penser • te denken gevenvous n'y pensez pas! • dat meent u niet!ah, j'y pense • tussen twee haakjesil ne dit rien, mais il n'en pense pas moins • hij zegt niets, maar denkt zoveel te meerpense aux voisins! • denk om de buren!sans penser à mal • zonder kwade bedoelingsans y penser • onbewust, automatisch, zonder opzetpenses-tu!, pensez-vous! • wel nee!pensez-donc! • stel je voor!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 denken ⇒ menen, vinden2 veronderstellen ⇒ vermoeden, geloven3 van plan zijn ⇒ zich voornemen, zich voorstellen5 hopen6 bedenken ⇒ doordenken, uitdenken♦voorbeelden:1 qu'est-ce qui vous fait penser cela? • hoe komt u daarbij?marcher dans ce que je pense • trappen in je-weet-welqu'en pensez-vous? • wat vindt u ervan?un coup de pied où je pense • een schop onder zijn je-weet-welvous pensez bien que • u kunt zich wel voorstellen datne pas penser que 〈+ aanvoegende wijs〉 • niet denken, niet geloven datv1) denken (aan)2) menen, vinden6) hopen7) bedenken
См. также в других словарях:
Equipe de France de football des moins de 17 ans — Équipe de France de football des moins de 17 ans France 17 … Wikipédia en Français
Équipe de France de football des moins de 17 ans — France 17 … Wikipédia en Français
Équipe de france de football des moins de 17 ans — France 17 … Wikipédia en Français
Équipe d'Union soviétique de football des moins de 17 ans — URSS 17 … Wikipédia en Français
Équipe de France de football des moins de 20 ans — Équipe de France des moins de 20 ans … Wikipédia en Français
Équipe de Guadeloupe de football des moins de 17 ans — Guadeloupe 17 … Wikipédia en Français
Championnat d'Europe de football des moins de 17 ans — Infobox compétition sportive Championnat d Europe de football des moins de 17 ans Généralités Sport Football Création … Wikipédia en Français
Coupe du monde de football des moins de 17 ans 2009 — Infobox compétition sportive Coupe du monde de football des moins de 17 ans 2009 Généralités Sport footbal … Wikipédia en Français
Équipe d'Argentine de football des moins de 17 ans — Argentine 17 … Wikipédia en Français
Équipe d'Espagne de football des moins de 17 ans — Espagne 17 … Wikipédia en Français
Coupe du monde de football des moins de 17 ans 2001 — Infobox compétition sportive Coupe du monde de football des moins de 17 ans 2001 Généralités Sport footbal … Wikipédia en Français