-
1 mit dem Leben davonkommen
mit dem Leben davonkommenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > mit dem Leben davonkommen
-
2 etwas mit dem Leben büßen
etwas mit dem Leben büßenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > etwas mit dem Leben büßen
-
3 für diesen Sprung musste er mit dem Leben zahlen
für diesen Sprung musste er mit dem Leben zahlenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > für diesen Sprung musste er mit dem Leben zahlen
-
4 Leben
Leben〈o.; Lebens, Leben〉2 leven, drukte♦voorbeelden:das nackte Leben retten • (alleen) het vege lijf reddenLeben spendend • leven gevend, schenkendseines Lebens nicht mehr froh werden • geen plezier meer in het leven hebbenam Leben sein, bleiben • in leven zijn, blijvenfür sein Leben gern • dolgraagnie im Leben! • nooit van mijn leven!etwas ins Leben rufen • iets in het leven roepenmit dem Leben davonkommen • het er levend afbrengenjemandem nach dem Leben trachten • iemand naar het leven staanjemanden ums Leben bringen • iemand om het leven brengenzeit seines Lebens • zijn leven lang, bij zijn leven -
5 Schluss
Schluss!afgelopen uit!————————〈m.; Schlusses, Schlüsse〉1 conclusie, gevolgtrekking ⇒ besluit, slotsom2 slot, einde ⇒ sluiting; ontknoping♦voorbeelden:1 Schlüsse ziehen • concluderen, conclusies trekkenSchluss jetzt, damit! • en nou is het uit, afgelopen!Schluss! • afgelopen uit!mit etwas Schluss machen • met iets ophoudenmit jemandem Schluss machen • het met iemand uitmakenes ist Schluss mit einer Sache • iets is ten einde, afgelopen〈 informeel〉 mit ihm ist Schluss • (a) het is voorbij, afgelopen met hem; (b) hij kan niet meer, is kapot • (c) hij is geruïneerdam Schluss • ten slotte, op het eindam Schluss marschieren • helemaal achteraan marcherenSchluss für heute! • voor vandaag is het genoeg, welletjes!zum Schluss • ten slotte, uiteindelijk, tot slot -
6 davonkommen
davonkommen1 er afkomen, het redden♦voorbeelden:mit knapper Not davonkommen • door het oog van de naald kruipen -
7 büßen
büßen♦voorbeelden:1 das sollst du mir büßen! • daar zul je voor boeten!etwas mit dem Leben büßen • iets met de dood (moeten) bekopen -
8 zahlen
zahlen♦voorbeelden:Herr Ober, ich möchte zahlen! • ober, ik wil afrekenen!er zahlt immer noch an seinem Haus • hij betaalt, lost nog steeds op zijn huis af〈 figuurlijk〉 für diesen Sprung musste er mit dem Leben zahlen • deze sprong moest hij met de dood bekopen -
9 Fuß
Fuß1〈m.; Fußes, Füße〉♦voorbeelden:1 mit bloßen Füßen • op blote voeten, blootsvoets〈informeel; figuurlijk〉 mit dem linken Fuß zuerst aufgestanden sein • met het verkeerde been uit bed gestapt zijnjemanden auf freien Fuß setzen • iemand op vrije voeten stellenauf großem Fuß leben • op grote voet leven〈informeel; figuurlijk〉 kalte Füße bekommen, kriegen • nattigheid voelen, terugkrabbelen〈 figuurlijk〉 auf schwachen, tönernen Füßen stehen • zwak staan, een zwakke basis hebbenstehenden Fußes • op staande voetFüße bekommen haben • spoorloos verdwenen zijn(festen) Fuß fassen • (vaste) voet krijgenden Fuß an Land setzen • voet aan wal zettensich auf den Füßen halten • zich op de been, staande houden〈 informeel〉 jemandem auf den Fuß, die Füße treten • (a) iemand op zijn tenen trappen; (b) iemand tot spoed aanzettenvon Kopf bis Fuß • van top tot teenetwas mit Füßen treten • iets met voeten tredenjemandem zu Füßen fallen • aan iemands voeten vallengut zu Fuß, Füßen sein • goed ter been zijn————————Fuß2〈m.; Fußes, Fuß〉 -
10 Mund
〈m.; Mund(e)s, Münder〉2 opening, ingang, mond♦voorbeelden:〈 informeel〉 Mund zu! • mond houden!aus berufenem Munde • uit betrouwbare bronjemandem das Wort aus dem Mund nehmen • iemand de woorden uit de mond nemenein Wort dauernd im Mund führen • een woord voortdurend in de mond hebben, gebruikenin aller Munde sein • op ieders lippen zijnin aller Leute Munde sein • bij iedereen over de tong gaanjemandem nach dem, zum Mund reden • iemand naar de mond pratenvon der Hand in den Mund leben • van de hand in de tand leven¶ 〈 informeel〉 sich 〈 3e naamval〉 den Mund fransig, fusselig reden • zich de blaren op de mond praten, (vergeefs) op iemand inpratenjemandem den Mund verbieten • iemand beletten te spreken -
11 Gott
〈m.; Gottes, Götter; 2e naamval zelden Gotts〉♦voorbeelden:allmächtiger Gott! • godallemachtig!großer, du lieber Gott! • hemeltje(lief)!, lieve hemel!der liebe Gott • Onze-Lieve-Heerdem lieben Gott den Tag stehlen • zijn tijd met nietsdoen verknoeien, lanterfantenGott behüte, bewahre! • God beware (me)!wie es Gott gefällt • zoals het God behaagt, zo God wil〈 regionaal〉 grüß (dich) Gott! • (goeden)dag!Gott hab ihn selig • God hebbe zijn zielso wahr mir Gott helfe • zo waarlijk helpe mij God almachtigGott sei es geklagt! • het is godgeklaagd!〈 informeel〉 den lieben Gott einen frommen, guten Mann sein lassen • Gods water over Gods akker laten lopenGott lohne es Ihnen! • God zal het u lonen!Gott sei Dank! • goddank!da sei Gott vor! • God bewaar me, ons!das walte Gott! • zo God wil!das war weiß Gott nicht einfach • dat was bij God niet gemakkelijkdas wissen die Götter • God weet, dat mag Joost wetenjemandes Gott sein • iemands afgod zijnleider Gottes • jammer genoegGott im Himmel! • lieve hemel!in Gott entschlafen, verscheiden • in de Heer ontslapenGott mit dir! • God zegene je!Gott mit uns! • God zij met ons!du bist wohl von allen Göttern verlassen! • ben je nou helemaal (een haartje betoeterd)!leben wie (ein) Gott in Frankreich • leven als God in Frankrijkach (du lieber) Gott! • lieve hemel! -
12 Hand
〈v.; Hand, Hände〉♦voorbeelden:nicht in die hohle Hand! • in geen geval!eine Ausgabe letzter Hand • de meest recente uitgaveeine milde Hand haben • royaal zijndie öffentliche Hand • de regering, staatsfinanciënPolitik der starken Hand • machtspolitiek〈 informeel〉 sich 〈 3e naamval〉 die Hand für jemanden abhacken lassen • de hand voor iemand in het vuur (durven) steken(mit) Hand anlegen • (mee)helpen, assisterenjemandes Hand ausschlagen • een huwelijksaanzoek afwijzendie Hände sind mir gebunden • ik kan niets doen, ben machteloosüberall seine Hand, seine Hände im Spiel haben • overal een vinger in de pap hebbendie Hand auf der Tasche halten • gierig zijnHand an sich legen • de hand aan zichzelf slaankeine Hand rühren • geen vinger uitstekenjemandem an die Hand gehen • iemand terzijde staanjemanden an der Hand haben • iemand kennen, iemand bij de hand hebbenjemandem auf etwas die Hand geben • iemand iets plechtig belovenauf der Hand liegen • voor de hand liggenauf die (flache) Hand zahlen • schoon in 't handje gevenHand aufs Herz! • geef het maar eerlijk toe!aus freier Hand zeichnen • vrij tekenenhinter vorgehaltener Hand • in 't geheim, officieuseiner Sache in die Hand, in die Hände arbeiten • iets bevorderen, in de hand werkenin schlechte Hände geraten • in verkeerde handen komenjemandem etwas in die Hand versprechen • iemand iets plechtig belovenmit eigener Hand • eigenhandigmit leichter Hand • zonder moeite〈 figuurlijk〉 etwas mit der linken Hand machen, erledigen • iets met één hand doen, zonder enige moeite doenunter der Hand verkaufen • onder(s)hands verkopenvon Hand, mit der Hand • handmatigvon zarter Hand etwas bekommen • iets van een meisje krijgenvon der Hand in den Mund leben • van de hand in de tand levenetwas von langer Hand vorbereiten • iets lang en nauwgezet voorbereidenzu Händen (von) Herrn Müller • ter attentie van dhr. Müllerjemandem etwas zu treuen Händen übergeben • iemand iets in bewaring geven, toevertrouwen om te bewarenzur rechten Hand • aan de rechterkantjemandem zur Hand gehen • iemand (een handje) helpenzur Hand sein • bij de hand zijn〈 spreekwoord〉 besser einen Spatz in der Hand, als eine Taube auf dem Dache • één vogel in de hand is beter dan tien in de lucht; beter een half ei dan een lege dop -
13 Hund
〈m.; Hund(e)s, Hunde〉♦voorbeelden:〈 informeel〉 mit etwas keinen Hund hinter dem Ofen hervorlocken können • voor iets geen enkele belangstelling weten te krijgenauf den Hund kommen • aan lagerwal raken -
14 Leib
〈m.; Leibes, Leiber〉1 lijf, lichaam♦voorbeelden:bei lebendigem Leibe, lebendigen Leibes • levendetwas am eigenen Leib(e) erfahren, spüren • iets aan den lijve voelen, ondervindenam ganzen Leib(e) zittern • over heel zijn lichaam bevenkaum ein Hemd auf dem Leib(e) haben • nauwelijks een hemd aan het lijf hebbenjemandem auf den Leib rücken • iemand op het lijf vallen, aan zijn hoofd zeurendiese Stelle ist ihm (wie) auf den Leib (zu)geschnitten, geschneidert • deze baan is hem op het lijf geschrevendas reißt mir das Herz aus dem Leib • dat gaat mij aan het hartGefahr für Leib und Leben • gevaar voor leven en goedmit Leib und Seele • met hart en zielbleibe mir damit vom Leibe! • blijf me daarmee van het lijf!jemandem zu Leibe rücken, gehen • iemand te lijf gaaneiner Sache zu Leibe gehen, rücken • een zaak aanpakkener ist gut bei Leibe • hij is dik, corpulent〈 spreekwoord〉 Essen und Trinken hält Leib und Seele zusammen • ±iop een volle buik staat een vrolijk hoofd/i -
15 Zug
〈m.; Zug(e)s, Züge〉4 trek, tocht7 trek, lijn ⇒ 〈 figuurlijk ook〉 gelaats-, karaktertrek8 discipline, orde9 dreef, gang♦voorbeelden:1 im falschen Zug sitzen • (a) in de verkeerde trein zitten; 〈 (b) informeel; figuurlijk〉 zich vergissender Zug ist abgefahren • (a) de trein is vertrokken; 〈 (b) informeel; figuurlijk〉 er valt niets meer aan te doendie Feuerwehr rückt mit vier Zügen aus • de brandweer rukt met vier colonnes uit3 der humanistische und der naturwissenschaftliche Zug des Gymnasiums • de alfa- en de bèta-afdeling van het gymnasiumim Zug sitzen, stehen • op de tocht zitten, staan〈 sport en spel〉 einige Züge rudern, schwimmen • een paar slagen roeien, zwemmendas Buch in einem Zug(e) durchlesen • het boek in één ruk, adem uitlezender Zug der Zeit • de trend, geest van de tijddie Brücke im Zuge der Straße • de brug in het verlengde van de straatim Zuge der Umstrukturierung • in het kader van de herstructureringin groben, großen Zügen • in grote lijnen〈 figuurlijk〉 im besten Zuge, gut im Zug sein • goed op dreef, gang zijn -
16 Kriegsfuß
Kriegsfuß〈m.〉 〈 schertsend〉♦voorbeelden:¶ mit jemandem auf (dem) Kriegsfuß leben, stehen • met iemand op voet van oorlog leven, staan -
17 nackt
♦voorbeelden:das nackte Schwert in der Hand • het blote, blanke zwaard in de handdie Darstellung des Nackten • de uitbeelding van het naaktnackt und bloß • poedelnaaktdie jungen Vögel sind noch nackt • de jonge vogels zijn nog kaalmit nackten Worten • onverbloemd, zonder er doekjes om te winden
См. также в других словарях:
Mit dem Wind nach Westen — Filmdaten Deutscher Titel Mit dem Wind nach Westen Originaltitel Night Crossing … Deutsch Wikipedia
Gesellschaft mit dem Esel — Jungfrau Maria und der Esel die Symbole der Gesellschaft (Wappenbuch um 1450) Die Gesellschaft mit dem Esel − auch „Der Esel“, „Zum Esel“,„Turniergesellschaft zum Esel“, „Ober Esel“, „Nieder Esel“ o.Ä. − war ein 1387 erstmals bezeugter, als… … Deutsch Wikipedia
Nach dem Leben — Filmdaten Deutscher Titel: Trilogie: Après la vie – Nach dem Leben Originaltitel: Après la vie Produktionsland: Frankreich, Belgien Erscheinungsjahr: 2002 Länge: 124 Minuten Originalsprache … Deutsch Wikipedia
Aus dem Leben eines Taugenichts — Sonderbriefmarke von 1957 zum 100. Todestag Eichendorffs mit einer Illustration zu Aus dem Leben eines Taugenichts Aus dem Leben eines Taugenichts ist eine Novelle von Joseph von Eichendorff. Sie wurde 1822/1823 fertiggestellt und 1826 erstmals… … Deutsch Wikipedia
Aus dem Leben eines Fauns — ist ein Kurzroman von Arno Schmidt aus dem Jahr 1953. Inhaltsverzeichnis 1 Entstehung und Veröffentlichung 2 Erzähltechnik 3 Handlung 3.1 … Deutsch Wikipedia
Leben und Meinungen des Herrn Magisters Sebaldus Nothanker — (Mit Illustrationen von Daniel Chodowiecki) ist ein satirischer Roman von Friedrich Nicolai, der in 3 Bänden von 1773 bis 1776 veröffentlicht wurde und als ein wichtiges fiktionales Zeugnis der Aufklärung gilt. Der Titel ist entlehnt von Laurence … Deutsch Wikipedia
Aus dem Leben der Marionetten — Filmdaten Deutscher Titel Aus dem Leben der Marionetten Produktionsland Deutschland, Schweden … Deutsch Wikipedia
Aus dem Leben Hödlmosers — ist ein steirischer Roman von Reinhard P. Gruber, 1973 veröffentlicht im Residenzverlag Salzburg und 1999 wieder aufgelegt im Verlag Droschl (Graz und Wien). Das Werk ist ein Höhepunkt der Anti Heimatliteratur, eine detaillierte und sarkastische… … Deutsch Wikipedia
Die Antwort auf die Frage nach dem Leben, dem Universum und dem ganzen Rest — Die Antwort 42 ist das kürzeste und bekannteste Zitat aus der Roman und Hörspielreihe Per Anhalter durch die Galaxis von Douglas Adams. Es handelt sich dabei um die Antwort auf die vom Autor bewusst unklar gelassene Frage „nach dem Leben, dem… … Deutsch Wikipedia
Après la vie - Nach dem Leben — Filmdaten Deutscher Titel: Trilogie: Après la vie – Nach dem Leben Originaltitel: Après la vie Produktionsland: Frankreich, Belgien Erscheinungsjahr: 2002 Länge: 124 Minuten Originalsprache … Deutsch Wikipedia
Ein Christus nach dem Leben — Rembrandt van Rijn, 1648 Öl auf Eichenholz, 25 cm × 21,5 cm Gemäldegalerie (Berlin) Das Bild Ein Christus na … Deutsch Wikipedia