-
1 move
n. zet; stap; verhuizing--------v. bewegen; verplaatsen; verhuizen; ontroeren; voorstellenmove1[ moe:v] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 beweging3 zet ⇒ beurt, slag4 stap ⇒ maatregel, manoeuvre♦voorbeelden:get someone/something on the move • iemand/iets in beweging brengenlarge forces were on the move • grote strijdkrachten waren op de been4 make a move • opstaan 〈 van tafel〉; opstappen, het initiatief nemen; maatregelen treffen, in actie komenmake moves to stop the war • stappen ondernemen om de oorlog te staken————————move21 (zich) bewegen ⇒ zich verplaatsen, van positie/houding veranderen2 vorderen ⇒ vooruitkomen, opschieten6 verhuizen ⇒ (weg)trekken, zich verzetten7 een voorstel/verzoek doen♦voorbeelden:it's time to be moving • het is tijd om te vertrekkenmove along • doorlopen, opschietenhe moved away from her • hij ging een stapje opzijmove off! • verdwijn!, hoepel op!move over • inschikken, opschuivenmove down a road • een weg afgaanmove towards better understanding • tot een beter begrip komenthe plot moves slowly • de plot ontwikkelt zich langzaamsuddenly things began to move • plotseling kwam er leven in de brouwerijkeep moving! • blijf doorgaan!, doorlopen!the army moves off • het leger marcheert af6 they moved away • ze trokken weg/verhuisdenthey moved into a flat • ze betrokken een flat→ move about move about/, move around move around/, move down move down/, move in move in/, move on move on/, move out move out/, move up move up/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 bewegen ⇒ (ver)roeren, in beweging/beroering brengen3 verhuizen ⇒ vervoeren, overbrengen4 opwekken ⇒ (ont)roeren, raken, aangrijpen5 drijven ⇒ aanzetten, aansporen♦voorbeelden:1 the police moved them along • de politie dwong hen door te lopen/rijdenit moved him to laughter • het werkte op zijn lachspierenhe is moved to tears • hij is tot tranen toe geroerdbe moved to • zich geroepen voelen (om) te→ move about move about/, move around move around/, move down move down/, move in move in/, move on move on/, move out move out/, move up move up/ -
2 pancake
n. pannenkoekpancake1[ pængkeek] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————pancake2〈 werkwoord〉 -
3 room
n. kamer; plaats--------v. een kamer bewonenroom1[ roe:m, roem]♦voorbeelden:2 ruimte ⇒ gelegenheid, kans♦voorbeelden:take up room • plaats innementhere's no room for doubt • geen twijfel mogelijk————————room2〈 werkwoord〉 〈 Amerikaans-Engels〉1 een kamer bewonen ⇒ inwonen, op kamers wonen♦voorbeelden:she roomed with us for six months • ze heeft een half jaar bij ons (in)gewoond -
4 spin
n. ritje; vrille; ommetje (korte rit)--------v. spinnen; draaien; verdraaien; omdraaienspin1[ spin] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:¶ in a (flat) spin • in paniek, van de kaart————————spin2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:2 spin a story • een verhaal spinnen/verzinnen
См. также в других словарях:
flat — flat1 [flat] adj. flatter, flattest [ME < ON flatr, akin to OHG flaz < IE * plāt, plēt , wide, flat (> Gr platys, broad, OE flet, floor) < base * plā , broad] 1. having a smooth, level surface; having little or no depression or… … English World dictionary
Flat — Flat, v. t. [imp. & p. p. {Flatted}; p. pr. & vb. n. {Flatting}.] 1. To make flat; to flatten; to level. [1913 Webster] 2. To render dull, insipid, or spiritless; to depress. [1913 Webster] Passions are allayed, appetites are flatted. Barrow.… … The Collaborative International Dictionary of English
flat — 1. adj., adv., n., & v. adj. (flatter, flattest) 1 a horizontally level (a flat roof). b even; smooth; unbroken; without projection or indentation (a flat stomach). c with a level surface and little depth; shallow (a flat cap; a flat heel). 2… … Useful english dictionary
flat — flat1 flatly, adv. flatness, n. /flat/, adj., flatter, flattest, n., v., flatted, flatting, adv. adj. 1. horizontally level: a flat roof. 2. level, even, or without unevenness of surface, as land or tabletop … Universalium
flat — I [[t]flæt[/t]] adj. flat•ter, flat•test, 1) horizontally level 2) level, even, or without unevenness of surface, as land or tabletops 3) having a surface that is without marked projections or depressions 4) lying horizontally and at full length… … From formal English to slang
flat — adj 1. level, plane, horizontal; even, smooth, unbroken. 2. horizontal, lying down, stretched out, spread out, spread eagle; prostrate, lying flat, prone, supine, reclining, recumbent. 3. deflated, collapsed, blown out, ruptured, punctured. 4.… … A Note on the Style of the synonym finder
Flat Stanley — is the title character of a 1964 children s book (ISBN 0 06 009791 4) by Jeff Brown (born 1925 ndash; died December 3, 2003).Other books by Jeff Brown in this series: * Stanley In Space * Stanley and the Magic Lamp * Invisible Stanley * Stanley s … Wikipedia
Make A Stand (horse) — Make A Stand Sire Master Willie Dam Make A Signal Damsire Royal Gunner Sex Gelding Foaled 21 March 1991 Country … Wikipedia
Flat cap — Side View Flat Cap Frontal A flat cap is a rounde … Wikipedia
Flat-fee MLS — (sometimes referred to as flat rate mls or fixed fee mls ) refers to the practice in the real estate industry of placing pertinent information about a property for sale into the database of the local Multiple Listing Service (MLS) for a set fee… … Wikipedia
Flat racing — is a term commonly used to denote a form of horse racing which is run over a level track at a predetermined distance. It differs from steeplechase racing over hurdles. The race is a test of speed, stamina and the skill of the jockey in… … Wikipedia
