-
1 large as life
levensgroot -
2 life size
levensgroot -
3 в натуральную величину
prepos.gener. levensgroot, op ware grootteRussisch-Nederlands Universal Dictionary > в натуральную величину
-
4 во весь рост
prepos.gener. levensgroot, van het hoofd tot de voeten -
5 a real live horse!
a real live horse!een heus/levensgroot paard! -
6 full-scale
full-scale1 volledig ⇒ totaal, levensgroot -
7 life-size
-
8 live
adj. levend; levendig; belangrijk; brandend; geëlectrificeerd; rechtstreekse uitzending--------adv. rechtstreeks--------v. leven; wonen; omkomen; bestaanlive1[ lajv]1 live ⇒ direct, rechtstreeks3 onder spanning/stroom staand♦voorbeelden:¶ live ammunition/cartridges • scherpe munitie/patronenII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉♦voorbeelden:live birth • levendgeborene————————live2[ liv]2 wonen♦voorbeelden:live and let live • leven en laten levenlong live the Queen! • (lang) leve de koningin!live together • samenleven/wonenlive above/beyond one's means • boven zijn stand levenlive by • leven van, in zijn onderhoud voorzien door; leven naar, zich houden aanlive off the land • zijn eigen groente verbouwenlive out of cans/tins • leven van blikjesvoedselshe lives with a foreigner • ze leeft/woont samen met een buitenlanderlive with a situation • (hebben leren) leven met/zich neerleggen bij een situatieyou haven't lived yet! • je hebt nog helemaal niet gelééfd/van het leven genoten!you'll live to be ninety • jij haalt de negentig nog2 live in • inwonen, intern zijnlive on one's own • op zichzelf/alleen wonen→ live up to live up to/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 leven2 beleven ⇒ door/meemaken♦voorbeelden:he won't live out the year • hij haalt het eind van het jaar niet→ live down live down/ -
9 cosmique
cosmique [kosmiek]1 kosmisch2 universeel ⇒ levensgroot, wereldwijd→ vaisseauadj1) kosmisch2) universeel, wereldwijd -
10 nature
nature1 [naatuur]〈v.〉2 aard ⇒ karakter, temperament♦voorbeelden:de toute nature • allerlei soortenc'est une nature • het is een krachtige persoonlijkheidde nature • van natureêtre de nature à • in staat zijn omil est avide de sa nature • hij is gierig van aardpar nature • op zich; van naturedisparaître dans la nature • spoorloos verdwijnen————————nature2 [naatuur]1 natuurlijk ⇒ echt, zonder toevoegingen♦voorbeelden:grandeur nature • op ware grootte, levensgroot————————nature3 [naatuur]f1) natuur2) aard, karakter -
11 grandeur nature
-
12 Lebensgröße
Lebensgröße〈v.〉♦voorbeelden:¶ in (voller) Lebensgröße • levensgroot, op ware grootte -
13 in voller Lebensgröße
in (voller) Lebensgrößelevensgroot, op ware grootte -
14 lebensgroß
lebensgroß -
15 überlebensgroß
überlebensgroß
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский