-
1 kromliggen
♦voorbeelden: -
2 kromliggen
-
3 kromliggen
гл.общ. (сильно) урезывать, ограничивать себя (в деньгах и т.п.), перебиваться (помогая другим) -
4 kromliggen voor de financiering van zijn studie
kromliggen voor de financiering van zijn studieVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > kromliggen voor de financiering van zijn studie
-
5 rolling about
kromliggen, omrollen -
6 ограничивать себя
vgener. kromliggen (в деньгах и т.п.), zich bekrimpen (в расходах), zich inkrimpen (в расходах)Russisch-Nederlands Universal Dictionary > ограничивать себя
-
7 перебиваться
vgener. scharrelen, kromliggen (помогая другим), rondkomen, rondscharrelen (met-чем-либо) -
8 урезывать
vgener. besnoeien, inkorten, (сильно) kromliggen, zich bekrimpen -
9 pinch and save/scrape
pinch and save/scrape -
10 pinch
n. kneep; pijn; beetje, snuifje--------v. knijpen; druk zetten op; bezuinigen; knellenpinch1[ pintsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 kneep♦voorbeelden:2 the pinch of poverty/hunger • de nijpende armoede/hongerif it comes to the pinch • als de nood aan de man komtfeel the pinch • de nood voelen¶ at a pinch • desnoods, in geval van nood————————pinch2♦voorbeelden:♦voorbeelden:1 knijpen ⇒ dichtknijpen, knellen, klemmen♦voorbeelden:be pinched for money • er krap bij zitten -
11 ограничивать себя
vgener. kromliggen (в деньгах и т.п.), zich bekrimpen (в расходах), zich inkrimpen (в расходах) -
12 перебиваться
vgener. scharrelen, kromliggen (помогая другим), rondkomen, rondscharrelen (met-чем-либо) -
13 урезывать
vgener. besnoeien, inkorten, (сильно) kromliggen, zich bekrimpen -
14 krumm
♦voorbeelden:〈 informeel〉 krumm liegen • kromliggen, zich sterk bekrimpeneinen krumm und lahm schlagen • iemand duchtig afrossen2 krumme Dinge(r) drehen • kromme, slinkse streken uithalenkrumme Finger machen • lange vingers hebben, stelenauf die krumme Tour • langs slinkse wegen -
15 krumm liegen
kromliggen, zich sterk bekrimpen
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский