-
1 annuity
-
2 apanage
n. natuurlijk attribuutapanage, appanage[ æpənidzj]2 emolument ⇒ bijkomende verdienste/titel, bijkomend recht; 〈 ook figuurlijk〉 vanzelfsprekend recht, attribuut♦voorbeelden: -
3 pension
n. pensioen; pension--------v. een jaargeld geven, toeleggen; pensioneren, op pensioen stellenpension1[ pa:nsjõ] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 pension ⇒ kosthuis; kostgeld♦voorbeelden:————————pension2[ pensjn] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 pensioen♦voorbeelden:retire on a pension • met pensioen gaan————————pension3[ pensjn] 〈 werkwoord〉1 een pensioen toekennen/uitkeren→ pension off pension off/ -
4 current fiscal year
vlottend jaargeld
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский