-
1 inspect
-
2 censor
n. censor; inspecteur; onderzoeker--------v. onderzoeken; inspecterencensor1[ sensə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 censor————————censor2〈 werkwoord〉 -
3 keep in check
-
4 review
n. overzicht; tentamen--------v. overzien; nagaan; rapport uitbrengen; herzienreview1[ rivjoe:] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 terugblik ⇒ overzicht, bezinning4 recensie ⇒ (boek)bespreking, kritiek5 tijdschrift ⇒ review, periodiek♦voorbeelden:come under review • opnieuw bekeken gaan worden————————review2〈 werkwoord〉5 recenseren ⇒ bespreken, recensies schrijven -
5 scrutinise
-
6 scrutinize
-
7 view
n. uitzicht, zicht, vertoning; mening; opinie; blik; gezichtsveld; (in computers) een blik van een bepaalde richting op een 3D objekt in CAD programma's--------v. kijken; beschouwenview1[ vjoe:]♦voorbeelden:2 〈 informeel〉 take a dim/poor view of someone's conduct • iemands gedrag maar matig/nauwelijks waarderenfall in with/meet someone's views • iemands zienswijze delenin my view • volgens mij3 what a magnificent view! • wat een prachtig gezicht!2 zicht ⇒ uitzicht, gezichtsveld♦voorbeelden:keep in view • voor ogen houdenin view of • vanwege, gezienon view • te zien, geëxposeerd————————view2II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
8 visit
n. bezoek, visite--------v. bezoeken, op bezoek gaanvisit1[ vizzit] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————visit21 een bezoek/bezoeken afleggen ⇒ op bezoek/visite gaan♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉4 bezoeken ⇒ treffen, teisteren♦voorbeelden:1 visit a cathedral • een kathedraal bezoeken/bezichtigen4 the village was visited by/with the plague • het dorp werd bezocht/getroffen met/door de pest -
9 excuss
v. ontdoen van, kwijtraken, er vanaf komen; in beslag nemen (van goederen en eigendommen); onderzoeken, inspecteren; een onderzoek instellen; ontcijferen -
10 inspectable
adj. te inspecteren -
11 inspection of arms
vuurwapeninspectie (inspectie van vuurwapens bij appèl om te inspecteren of wapens schoon zijn en er geen kogels in zitten) -
12 reviewable
adj. te overzien; te inspecteren
См. также в других словарях:
inspizieren — Vsw erw. stil. (18. Jh.) mit Adaptionssuffix. Entlehnt aus l. īnspicere (īnspectum), zu l. specere sehen und l. in . Abstraktum: Inspektion; Nomen agentis: Inspektor. Ebenso nndl. inspecteren, ne. inspect, nfrz. inspecter, nschw. inspektera,… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache