-
1 to be in mesh with each other
ineengrijpenEnglish-Dutch technical dictionary > to be in mesh with each other
-
2 to enmesh
ineengrijpen -
3 to mesh together
ineengrijpen -
4 to mesh with each other
ineengrijpenEnglish-Dutch technical dictionary > to mesh with each other
-
5 enclencher
-
6 соединяться
v1) gener. overschakelen (по телефону), corresponderen, ineengrijpen, samentrekken, samenvloeien, zich aaneensluiten, zich paren, zich verbinden, zich verenigen2) liter. zich scharen -
7 сцепляться
vgener. ineengrijpen -
8 mesh
n. maas; net(werk)--------v. in de mazen van een net vangen, verstrikken; in elkaar grijpen; harmoniëren, bij elkaar passenmesh1[ mesj] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————mesh2II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
9 engrener
-
10 to engage
aantrekkenin dienst nemenineengrijpeningrijpeninschakelen -
11 to mesh
indraaienineengrijpeningrijpen
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский