-
1 exposition
exposition [ekspooziesjõ]〈v.〉2 ligging ⇒ blootstelling, plaatsing, belichting♦voorbeelden:l'exposition de ce tableau est mauvaise • dit schilderij hangt ongunstigexposition universelle • wereldtentoonstelling→ jourl'exposition d'un enfant • het te vondeling leggen van een kindf1) uitstalling2) ligging -
2 salon
salon [saalõ]〈m.〉♦voorbeelden:salon de thé • tearoomsalon de l'automobile • autotentoonstellingm1) salon, ontvangkamer2) bankstel -
3 exposition des arts ménagers
exposition des arts ménagersDictionnaire français-néerlandais > exposition des arts ménagers
-
4 salon des arts ménagers
salon des arts ménagers
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский