-
41 σκαλεῖς
σκάλλωstir up: fut ind act 2nd sg (attic epic doric ionic)σκαλεύςhoer: masc acc plσκαλεύςhoer: masc nom /voc pl (parad-form) -
42 drab
adj. kleurloos, saai--------n. hoerdrab1[ dræb] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 slons ⇒ slet, hoer————————drab2〈bijvoeglijk naamwoord; drabber; drabness〉 -
43 harlot
-
44 hooker
n. hoer[ hoekə] 〈→ Sporttermen: RugbySporttermen: Rugby/〉 -
45 hustler
-
46 scrubber
-
47 slut
-
48 strumpet
-
49 Rahab
n. Rachab de hoer, hoer die de verspieders door Jozua gestuurd verborg en hielp te ontkomen; naam van een zeeduivel; zeedraak die het water doet beven en hoge golven maakt (joodse folklore) -
50 garce
garce [gaars]〈v.; ook bijvoeglijk naamwoord〉 〈 informeel〉2 rotwijf ⇒ rotmeid, kreng♦voorbeelden:2 cette garce de vie! • wat een rotleven!elle est très garce • 't is een rotwijff1) slet, hoer2) rotmeid, kreng -
51 gracownik
The New English-Polish, Polish-English Kościuszko foundation dictionary > gracownik
-
52 σκαλέας
σκαλέᾱς, σκαλεύςhoer: masc acc pl -
53 проститутка
-
54 zappatore sm
[tsappa'tore]Agr hoer, Mil sapper Brit -
55 Jezebel
n. Izebel (naam)--------n. Jezebel (een feeks, prostitué)[ dzjezzəbl, -bel] 〈 soms jezebel〉1 Jezabel ⇒ hoer, slet -
56 callboy
n. iemand die acteurs uit hun kleedkamers roept als het tijd voor hen is het toneel op te gaan; loopjongen, boodschappenjongen; mannelijke hoercallboy -
57 camp follower
iemand die een aanhanger is van een groep maar geen lid daarvan; marketenter die met het leger meetrekt; hoer die met het leger meetrektcamp follower -
58 floozy
n. Hoer (slang)floozy, floozie, -
59 ho
-
60 hustle
n. gejacht, activiteit--------v. jachten, drijven; dringen; hoererenhustle1[ husl] 〈zelfstandig naamwoord; geen meervoud〉1 gedrang ⇒ bedrijvigheid, drukte♦voorbeelden:1 hustle and bustle • drukte, bedrijvigheid————————hustle22 zich haasten ⇒ hard werken, druk in de weer zijnII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 proppen ⇒ (op)jagen, duwen♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
hoer — 1740s, agent noun from HOE (Cf. hoe) (v.) … Etymology dictionary
Hoer — (Johannes Theodor) Theo Hoer (* 27. Januar 1941 in Düsseldorf Flingern) ist ein deutscher Politiker (CDU). Er war von 1999 bis 2004 Bürgermeister der Stadt Grevenbroich. Werdegang 1968 zog Theo Hoer nach Wevelinghoven, wo er als Lehrer an der… … Deutsch Wikipedia
hoer — hoe ► NOUN ▪ a long handled gardening tool with a thin metal blade, used mainly for cutting through weeds at their roots. ► VERB (hoes, hoed, hoeing) 1) use a hoe to turn (earth) or cut through (weeds). 2) (hoe in) Austral./NZ informal eat… … English terms dictionary
hoer — noun see hoe II … New Collegiate Dictionary
hoer — See hoe. * * * … Universalium
hoer — noun One who hoes … Wiktionary
hoer — South African Slang Origin: Afrikanerisms whore … English dialects glossary
hoer — n. one who hoes, one who works with a hoe … English contemporary dictionary
hoer — hero … Anagrams dictionary
hoer — ho·er … English syllables
hoer — uru, motyo … Woordenlijst Sranan