-
1 handle
n. handvat; titel; bijnaam; (in computers) specifiek identifikatieteken dat aan een bestand wordt gegeven waardoor toegang aan een programma wordt verleend--------v. aanraken; bevoelen; zorgen voor; handelen in-handle1[ hændl] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 handvat ⇒ hendel, steel2 knop ⇒ kruk, k3 gevest ⇒ heft, greep♦voorbeelden:get a handle on something • greep krijgen op iets, iets onder de knie krijgendon't give your enemies a handle against you • laat je vijanden geen vat op je krijgen————————handle2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 hanteren ⇒ bedienen, manipuleren♦voorbeelden:6 can he handle that situation? • kan hij die situatie aan? -
2 he's a tough proposition
-
3 manage
v. succes hebben; iets bereiken; leiding geven; heersen over-, beheersen; zorgen voor-; zich meten aan-[ mænidzj]3 als beheerder fungeren/optreden♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 beheersen ⇒ weten aan te pakken, manipuleren4 hanteren5 aankunnen ⇒ aandurven, in staat zijn tot♦voorbeelden:1 the managed to escape • hij wist te/kon ontsnappenshe managed a smile • ze wist een glimlach op te brengen -
4 manipulate
v. in werking stellen; laten werken, werken met; met de hand bedienen; goed weten te bedienen; slecht beïnvloeden, manipuleren[ mənipjoeleet] -
5 outmanoeuvre
v. handiger manoeuvreren dan; ontwijken door slenner te bewegen; een hogere positie betrekken; te slim afzijn; beter in hanteren en manoeuvrerenoutmanoeuvre, 〈 Amerikaans-Engels spelling〉 outmaneuver -
6 proposition
n. bewering, voorstel, probleem, kwestieproposition1[ proppəzisjn] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 bewering3 probleem ⇒ kwestie; moeilijk geval♦voorbeelden:————————proposition2 -
7 wield
v. bewerkstelligen,(invloed, autoriteit); efficiënt gebruiken (van wapens enz.); vasthouden, vangen[ wie:ld] -
8 Maxim machine gun
eerste efficiënte machinegeweer dat gemakkelijk te hanteren is in de strijd -
9 manipulable
adj. te hanteren, te behandelen -
10 wield a scepter
een scepter hanteren, regeren -
11 to handle
behandelenhanterenverwerken
См. также в других словарях:
Musketeer — For other uses of this term, see Musketeer (disambiguation). A Dutch musketeer by Jacob van Gheyn in 1608. A musketeer (French: mousquetaire) was an early modern type of infantry soldier equipped with a musket. Musketeers were an imp … Wikipedia
hantieren — umgehen (mit); handhaben; leiten * * * han|tie|ren [han ti:rən] <itr.; hat: mit den Händen irgendwo, an irgendetwas tätig sein: die Mutter hantierte am Herd, in der Küche; er hantierte mit dem Geschirr. Syn.: ↑ arbeiten, sich ↑ beschäftigen,… … Universal-Lexikon
hantieren — Vsw std. (14. Jh.), spmhd. hantieren Handel treiben Entlehnung. Aus mndd. hanteren (noch älter mndl. antieren), das seinerseits aus frz. hanter hin und herziehen, oft besuchen als Terminus der Kaufleute (in der Bedeutung stark beeinflußt von… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Paul Scheffer (Journalist) — Paul Scheffer (* 1954) ist ein niederländischer Professor, Soziologe und Journalist [1] und prominentes Mitglied der Partij van de Arbeid. [2] Inhaltsverzeichnis 1 Leben 2 Privatleben 3 … Deutsch Wikipedia
Paul Scheffer (Soziologe) — Paul Scheffer (* 3. September 1954 in Nijmegen) ist ein niederländischer Professor, Soziologe und Journalist und prominentes Mitglied der Partij van de Arbeid. Inhaltsverzeichnis 1 Leben 2 Publikationen 3 Weblinks … Deutsch Wikipedia
hantieren — han|tie|ren 〈V.〉 1. geschäftig sein, wirtschaften 2. mit etwas hantieren etwas handhaben, damit arbeiten, beschäftigt sein, damit umgehen; in der Küche hantieren [Etym.: <mndrl. hanteren, hantieren »umgehen, mit jmdm. Handel treiben« <frz.… … Lexikalische Deutsches Wörterbuch
hantieren — han|tie|ren <aus gleichbed. mniederl. hantēren, dies aus (alt)fr. hanter »häufig besuchen, umgehen mit«>: a) (mit einem Gegenstand in der Hand) sichtbar, hörbar tätig, beschäftigt sein, wirtschaften; b) etw. handhaben, einen Gegenstand… … Das große Fremdwörterbuch
hantieren — »handhaben, umgehen mit«: Das seit mhd. Zeit bezeugte Verb (mnd. hantēren, spätmhd. hantieren »Kaufhandel treiben; handeln, verrichten, tun«), das im Sprachgefühl als zu »Hand« gehörig empfunden wird, beruht auf Entlehnung aus mniederl.… … Das Herkunftswörterbuch