-
1 geestdodend
♦voorbeelden: -
2 geestdodend
-
3 geestdodend
-
4 geestdodend
adj. stultifying -
5 geestdodend
bn -
6 geestdodend werk
geestdodend werkVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geestdodend werk
-
7 een geestdodend karwei
een geestdodend karwei -
8 drudgery
-
9 fag
n. sloven, hard werken; manusje-van-alles zijn (voor oudere leerling op Eng. school); vervelend/geestdodend werk; sigaret (sl.); flikker (sl.)--------v. zich afsloven, uitputten, afmatten; als schooljongen die een oudere leerling diensten moet bewijzenfag1[ fæg] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 vervelend/saai/geestdodend werk2 〈Brits-Engels; school(wezen)〉 knechtje ⇒ werkezel 〈 jongerejaars die karweitjes moet doen voor ouderejaars〉♦voorbeelden:————————fag2〈werkwoord; fagged〉1 sloven ⇒ zich afmatten, hard werken♦voorbeelden: -
10 abrutissant
abrutissant [aabruutiesã]♦voorbeelden:adjgeestdodend, afstompend -
11 мертвящий
adjgener. geestdodend -
12 притупляющий
vgener. geestdodend (о работе) -
13 убивающий всякую мысль
adjgener. geestdodendRussisch-Nederlands Universal Dictionary > убивающий всякую мысль
-
14 mind-numbing
mind-numbing -
15 soul-destroying
-
16 soulless
-
17 raseur
raseur [raazur],raseuse [raazeuz]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉♦voorbeelden:m (f - raseuse)2) scheerder/-rster -
18 abêtissant
-
19 мертвящий
adjgener. geestdodend -
20 притупляющий
vgener. geestdodend (о работе)
Страницы
- 1
- 2