-
1 port
port [por]〈m.〉1 haven ⇒ havenstad, wijkplaats2 (het) dragen ⇒ (het) bij zich hebben, (het) voeren3 vervoer ⇒ vracht, tonnage♦voorbeelden:port de plaisance • jachthavenport de salut • vluchthavenport de transit • transitohavenport franc • vrijhavenarriver à bon port • behouden aankomenfaire tous les ports d'Afrique • alle Afrikaanse havens aandoenavoir un permis de port d'armes • een wapenvergunning hebben4 franc, franco de port • franco, portvrijport payé • port betaald, niet frankerenport parallèle • parallelle poortm1) haven2) havenstad3) bergpas [Pyreneeën]4) (het) dragen5) vracht [schip]6) houding [lichaam]7) poort [computer] -
2 affranchissement
affranchissement [aafrãsĵiesmã]〈m.〉1 vrijmaking ⇒ bevrijding, (het) onafhankelijk worden♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
frankering — fran|ke|ring sb., en, er, erne, i sms. frankerings , fx frankeringsmaskine … Dansk ordbog
frankering — s ( en, ar) … Clue 9 Svensk Ordbok
История почты и почтовых марок Гренландии — Гренландия … Википедия