-
1 flew
-
2 flew into a rage
in woede ontsteken -
3 flew off the handle
in woede ontsteken -
4 flew sky high
was zeer ambitieus -
5 I flew in today
-
6 the child flew towards its father
the child flew towards its fatherEnglish-Dutch dictionary > the child flew towards its father
-
7 the door flew open
-
8 the glass flew to bits/into pieces
the glass flew to bits/into piecesEnglish-Dutch dictionary > the glass flew to bits/into pieces
-
9 One Flew over the Cuckoo's Nest
koekoeksnest (een verhaal dat zich afspeelt in een inrichting voor geesteszieken) -
10 the years flew past
de jaren gingen voorbij -
11 fly
adj. uitgeslapen, uitgekookt (slang)--------n. vlieg; flap; vlucht; gulp (van de broek); tent opening--------v. vliegen (vogel); vliegen (vliegtuig); besturen v.e. vliegtuig; laten vliegen; wegvluchten; wegrennen; snel voorbijgaan; laten waaien; waaien; overstekenfly1[ flaj] 〈→ Sporttermen: RugbySporttermen: Rugby/〉I 〈telbaar zelfstandig naamwoord; meervoud: flies〉1 vlieg3 〈 in samenstellingen〉gevleugeld/vliegachtig insect♦voorbeelden:not harm/hurt a fly • geen vlieg kwaad doen4 your fly is undone! • je gulp staat open!a fly on the wall • een spion→ Spanish Spanish/♦voorbeelden:————————fly2————————fly33 〈 benaming voor〉 zich snel voortbewegen ⇒ vliegen, (voorbij)snellen; vluchten; omvliegen, vervliegen 〈 van tijd〉; wegvliegen 〈 van geld〉; verdwijnen, optrekken 〈 van mist〉; uit elkaar springen, alle kanten op vliegen 〈 van glas〉♦voorbeelden:fly in/out • aankomen/vertrekken per vliegtuigfly past • (in formatie) over/voorbij vliegenfly to the help of someone • iemand te hulp snellenmake the money fly • met geld smijtentime flies (like an arrow) • de tijd vliegtlet fly • (af)schieten/vuren; laten schieten〈 informeel〉 we're very late, we must fly • we zijn erg laat, we moeten rennenthe door flew open • de deur werd plotseling geopendfly into a rage/passion/temper • in woede ontstekenthe glass flew to bits/into pieces • het glas spatte in stukjes uiteenthe child flew towards its father • het kind vloog zijn vader tegemoetfly upon someone • iemand aanvliegenshe's flying high • het gaat haar voor de windII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
12 in
adj. binnen; binnengekomen (post); hoort erbij; modern--------adv. in; erin; binnen; in huis; onder druk staand; modern, "in" (in spreektaal); in periode van (van fruit etc.)--------n. betrokken bij de leidende partij; iemand met machtpositie; invloed--------prep. in; binnen; erinin1→ ins ins/————————in21 intern ⇒ inwonend, binnen-3 exclusief ⇒ afgestemd op een kleine groep/elite4 voor/met ingekomen post♦voorbeelden:3 in-crowd • kliekje, wereldje4 in box/tray • brievenbak met/voor ingekomen post————————in33 〈 het referentiepunt is een persoon of groep〉 geaccepteerd ⇒ erbij, opgenomen; 〈 van dingen ook〉 in (de mode)♦voorbeelden:come in! • (kom) binnen!fit something in • iets (er)in passenI flew in today • ik ben vandaag met het vliegtuig aangekomenmix the flour in • meng de bloem erbijthe police moved in • de politie kwam tussenbeidethe stairs were put in • de trap werd geïnstalleerdsnowed in • ingesneeuwdin between • er tussen(in)in between • tussenknow somebody in and out • iemand door en door kennen————————in4〈 voorzetsel〉1 〈plaats of ligging; ook figuurlijk〉in2 〈richting; ook figuurlijk〉in ⇒ naar, ter3 〈met abstract naamwoord dat handeling of toestand uitdrukt; voornamelijk idiomatisch te vertalen〉- ende ⇒ in, be-, ver-, ge-6 〈 medium〉in7 〈 verhouding, maat, graad〉in ⇒ op, uit9 in zover dat ⇒ in, met betrekking tot, doordat, omdat♦voorbeelden:wounded in the leg • aan het been gewondin my opinion • naar mijn meningplay in the street • op straat spelenbe in one's twenties • in de twintig zijnthere is something in his story • er zit iets in zijn verhaalin payment of • ter betaling van3 in bloom • in bloei, bloeiendehe was in charge (of) • hij was verantwoordelijk (voor)in honour of • ter ere vanbe in love • verliefd zijnbe in luck • geluk hebbenbe in pain • pijn lijdenin ruins • vervallenin search of • op zoek naarI have not been out in months • ik ben in geen maanden uit geweestin the morning • 's ochtendsearly in spring • vroeg in het voorjaarin all those years • gedurende al die jarenit melts in heating • het smelt als het verwarmd wordtthe latest thing in computers • het laatste snufje op het gebied van computerssomething in evening dress • iets in de richting van avondkledij2 feet in length • twee voet hooghe is in oil • hij zit in de olie-industrieequals in strength • gelijken wat kracht betreftrich in vitamins • rijk aan vitaminenbe in it • erbij betrokken zijn, meedoenhe is not in it • hij telt niet meethere's nothing in it • het heeft niets om het lijfpainted in red • roodgeverfdin Russian • in het Russisch7 in general • in/over het algemeennot in the least • niet in het minstin the main • in/over het algemeensell in ones • per stuk verkopenone in twenty • één op twintigyou have a fine brother in Henry • je hebt aan Henry een fijne broerbuy in instalments • op afbetaling kopen£100 in taxes • £100 aan belastingendifficult in that it demands concentration • moeilijk omdat het concentratie vergt→ be in be in/ -
13 thence
-
14 Ken Kesey
n. Ken Kesey (1935-2001) Amerikaanse schrijver die "One Flew Over the Cuckoo's Nest" schreef -
15 Kesey
n. familienaam; Kesey, Ken (1953-2001), Amerikaanse auteur die "One Flew Over The Cuckoo' s Nest" heeft geschreven -
16 Michael Douglas
(geboren 1944) Amerikaanse filmacteur regisseur en producent, winnaar van de 1975-de Academy Award for Best Picture voor zijn werk "One Flew Over the Cuckoo's Nest"
См. также в других словарях:
Flew — Flew, imp. of {Fly}. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
flew — flew; flew·it; … English syllables
flew — [flu:] v the past tense of ↑fly … Dictionary of contemporary English
flew — the past tense of fly1 … Usage of the words and phrases in modern English
flew — p.t. of FLY (Cf. fly) (v.1), q.v … Etymology dictionary
flew- — *flew germ.: Quelle: Ortsname (1. Jh.); Sonstiges: Reichert, Lexikon der altgermanischen Namen 2, 1990, 506 (Flev) … Germanisches Wörterbuch
flew — [flo͞o] vi., vt. pt. of FLY1 … English World dictionary
Flew — Antony Flew (oft irrtümlich Anthony Flew geschrieben) (* 11. Februar 1923) ist ein britischer Philosoph, lange Zeit bekannt als Vertreter von Libertarismus und Atheismus. In seinem Buch Thinking about Thinking schrieb er über eine Form von… … Deutsch Wikipedia
Flew — Fly Fly (fl[imac]), v. i. [imp. {Flew} (fl[=u]); p. p. {Flown} (fl[=o]n); p. pr. & vb. n. {Flying}.] [OE. fleen, fleen, fleyen, flegen, AS. fle[ o]gan; akin to D. vliegen, OHG. fliogan, G. fliegen, Icel. flj[=u]ga, Sw. flyga, Dan. flyve, Goth. us … The Collaborative International Dictionary of English
Flew — This interesting surname with variant spellings Flood, Floud, Fludd, Flude, Flew, Floyd, Floyde, Floyed, etc. is either an English topographical name for someone who lived by a small stream or an intermittent spring, deriving from the Old English … Surnames reference
flew — [[t]flu͟ː[/t]] Flew is the past tense of fly … English dictionary