-
1 singular
enkelvoudig -
2 single fire
enkelvoudig vuur (eenmalig aan trekker trekken die uitschieten van een kogel tot gevolg heeft) -
3 single phase
enkelvoudig stadium (op enkele manier bestaand; soort electrische stroom) -
4 single proprietorship
enkelvoudig eigenaarschap -
5 simple sample
enkelvoudig monsterenkelvoudige steekproef -
6 single- diffused transistor
enkelvoudig gediffundeerde transistorEnglish-Dutch technical dictionary > single- diffused transistor
-
7 single- section capacitor input filter
enkelvoudig LC-filter met condensatoringangEnglish-Dutch technical dictionary > single- section capacitor input filter
-
8 single- section choke input filter
enkelvoudig LC-filter met smoorspoelingangEnglish-Dutch technical dictionary > single- section choke input filter
-
9 single-acting cylinder
enkelvoudig werkende cilinder -
10 single-section filter
enkelvoudig LC-filter -
11 single-tuned system
enkelvoudig afgestemd circuit -
12 single product
enkelvoudig product -
13 single sample
enkelvoudig monster -
14 single sampling plan
enkelvoudig steekproefschema -
15 elemental
adj. simpel; elementair; van natuurramp[ ellimmentl]2 primitief ⇒ simpel, ruw3 essentieel ⇒ wezenlijk, fundamenteel♦voorbeelden:1 elemental force • natuurkracht, elementaire kracht -
16 elementary
-
17 man
interj. "man", uitdrukking of gevoel dat geen werkelijke betekenis heeft (als in "Man, that was a hard task to do", "Man, I am so tired")--------n. man; mens; kerel; echtgenoot; voorwerp (bij een spel)--------v. bemannen, bezettenman1♦voorbeelden:man of figure/mark • man van formaatman of God • priester/domineeman of honour • man van eerman of means/substance/property • bemiddeld/vermogend manman of men • voortreffelijk mensthe man in/on the street • de gewone/doorsnee manman about town • man van de wereld, playboyman and wife • man en vrouwman of his word • een man van zijn woordman of the world • iemand met mensenkennis/ervaringmy (good) man! • m'n beste kerel!the very man • de persoon die men nodig heeft, net wie men zochtdrowning man • drenkelingit is not in a man • dat kan een mens niet(as) man to man/ (as) one man to another • van man tot manthe rights of Man • de mensenrechtento the last man • tot op de laatste manevery man for himself • ieder voor zichman for man • stuk voor stukas a/one man • als één manso many men, so many minds • zoveel hoofden, zoveel zinnen〈 spreekwoord〉 man proposes, God disposes • de mens wikt, God beschikt3 officers and men • officiers en soldaten/manschappenI'm your man • op mij mag/kan je rekenen4 make a man of • volwassen/een man maken vanmake men out of • mannen maken vanplay the/try to be a man • zich stoer houdenbe man enough to • mans genoeg zijn omhalf a man • slappelingmade man • geslaagd manbe enough of a man to • wel zo f zijn om te(all) to a man • eensgezind→ bread bread/, dead dead/, grand grand/, heart heart/, meat meat/, odd odd/, old old/, price price/, young young/————————man2〈werkwoord; manned〉♦voorbeelden:man a post • een post bezetten————————man3〈 tussenwerpsel〉 〈Amerikaans-Engels; informeel〉1 sjonge! -
18 simple
adj. eenvoudig, enkelvoudig; simpel; onnozel--------n. Zwakzinnig, simpel, onnozel; geneeskundige plant/ kruid[ simpl]2 eenvoudig ⇒ ongekunsteld, eerlijk3 simpel ⇒ eenvoudig, gewoon5 eenvoudig ⇒ gemakkelijk, simpel♦voorbeelden:1 simple forms of life • eenvoudige/primaire levensvormenthe simple life • het ongekunstelde/natuurlijke leventhe simple truth • de nuchtere/zuivere waarheiddeceit pure and simple • regelrecht bedrog -
19 single entry
-
20 single
adj. enkel; eenpersoons-; alleenstaand; vrijgezel; ongetrouwd; voor één persoon (kamer, etc.); van vrijgezellen; gescheiden--------n. vrijgezel, ongehuwd; enkele reisje-kaartje; eenpersoons (kamer); "single" (kleine grammofoonplaat of disk); eenzaam, alleen--------v. uitkiezen, uitpikkensingle1[ singgl]5 〈 informeel〉bankbiljet van één dollar/pondII 〈 meervoud〉————————single2♦voorbeelden:single flower • enkelvoudige bloemII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉1 enig♦voorbeelden:2 in single file • in/op één rij, allemaal achter elkaarnot a single man helped • niet één man hielp¶ in single file • achter elkaar (in de rij), in ganzenmars
- 1
- 2