-
1 a bad mixer
-
2 mixer
n. mixer; (koosnaam) voor feest met als doel kennis maken met mensen[ miksə]♦voorbeelden:a good mixer • een gezellig/onderhoudend mens -
3 solitary
adj. alleen; eenzaam; eenpersoons; zich afzonderen; veraf gelegen, geïsoleerd--------n. celstraf; eenzame monniksolitary1[ sollitrie] 〈meervoud: solitaries〉1 eenzame opsluiting ⇒ afzondering, isoleercel————————solitary2〈bijvoeglijk naamwoord; solitariness〉4 enkel♦voorbeelden: -
4 solitarily
adv. solitair; eenzelvig; afgezonderd
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский