-
1 overriding
adj. doorslaggevend, eerste in voorkeur; belangrijker dan alle anderen; met betrekking tot een manuele uitvoering die een automatische uitvoering vermijdt; annulering van een beslissing of bevoegdheid van iemand anders (in bijzonder van een lagere rang)overriding♦voorbeelden: -
2 clincher
n. doorslaggevend argument[ klintsjə]1 beslissende omstandigheid ⇒ doorslaggevend argument, afdoende opmerking -
3 inconclusive
adj. niet doorslaggevend, onovertuigend; onbeslist[ ingkənkloe:siv] 〈 inconclusiveness〉 -
4 concluant
concluant [kõkluu.ã]1 afdoend ⇒ overtuigend, beslissend, doorslaggevendadjafdoend, overtuigend, doorslaggevend -
5 décisif
décisif [deesiezief]1 beslissend ⇒ afdoend, doorslaggevend2 beslist= décisive; adj1) beslissend, doorslaggevend2) beslist -
6 решающий
beslissend, doorslaggevend -
7 дающий перевес
adjgener. doorslaggevend -
8 решающий
adjgener. beslissend, cruciaal, doorslaggevend -
9 crucial
-
10 decisive
adj. beslist, absoluut, beslissend[ dissajsiv] 〈 decisiveness〉2 beslist ⇒ gedecideerd, zelfverzekerd♦voorbeelden: -
11 determinant
adj. beslist, bepaalt--------n. beslissend(e factor), bepalend (woord)determinant1————————determinant2〈 bijvoeglijk naamwoord〉 〈 formeel〉 -
12 material witness
-
13 material
adj. stoffelijk; materieel; belangrijk, essentieel--------n. materiaal; weefsel, stofmaterial1[ mətiəriəl] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 soort♦voorbeelden:→ raw raw/————————material21 materieel ⇒ stoffelijk; lichamelijk♦voorbeelden:material theory of heat • materiële warmtetheoriematerial witness • doorslaggevend(e) getuige(nis) -
14 of overriding importance
-
15 potent
-
16 crucially
adv. doorslaggevend -
17 crucialness
n. kritiek (beslissend, doorslaggevend) -
18 determinable
adj. bepalend element, doorslaggevend element -
19 doubles rubber
spel in paren doorslaggevend -
20 nonconclusive
adj. niet-overtuigend, niet-doorslaggevend
Страницы
- 1
- 2