-
1 beslist
♦voorbeelden:3 dat beslist niet • ça, en aucun casBeter zo? Beslist • C'est mieux comme ça? Absolument -
2 gedecideerd
♦voorbeelden: -
3 beslist
-
4 resoluut
1. bnrésolu, décidé2. bw -
5 B en W adviseerden tot inwilliging van het verzoek, dienovereenkomstig werd besloten
B en W adviseerden tot inwilliging van het verzoek, dienovereenkomstig werd beslotenconformément à l'avis émis par le conseil municipal, il a été décidé d'agréer la demandeDeens-Russisch woordenboek > B en W adviseerden tot inwilliging van het verzoek, dienovereenkomstig werd besloten
-
6 aanstappen
1 [sneller voortstappen] marcher plus vite2 [met vaste schrede naderen] s'approcher d'un pas décidé♦voorbeelden: -
7 besloten
1 [gesloten] privé2 [(vast) van plan] décidé (à)♦voorbeelden:een besloten ruimte • un espace closeen besloten vergadering • une réunion à huis closeen besloten voorstelling • une séance privée→ link=vennootschap vennootschap -
8 conform het advies werd besloten
conform het advies werd beslotenDeens-Russisch woordenboek > conform het advies werd besloten
-
9 conform
♦voorbeelden:conform de eis • conformément à la demande -
10 dat was niet voor ons weggelegd
dat was niet voor ons weggelegdDeens-Russisch woordenboek > dat was niet voor ons weggelegd
-
11 dienovereenkomstig
♦voorbeelden:1 B en W adviseerden tot inwilliging van het verzoek, dienovereenkomstig werd besloten • conformément à l'avis émis par le conseil municipal, il a été décidé d'agréer la demande -
12 eenparig werd besloten om
eenparig werd besloten om -
13 eenparig
♦voorbeelden: -
14 eenstemmig werd hiertoe besloten
eenstemmig werd hiertoe beslotenDeens-Russisch woordenboek > eenstemmig werd hiertoe besloten
-
15 eenstemmig
♦voorbeelden:zij zijn eenstemmig in hun afwijzing • leur refus est unanime -
16 erover
1 [over het genoemde heen] par-dessus2 [m.b.t. onderwerp, mening] en 〈vervangt bepaling die met ‘de’ begint〉; y 〈vervangt bepaling die met ‘sur’ of ‘dans’ begint〉♦voorbeelden:2 wie beschikt erover? • qui en décide?hij gaat erover • c'est lui qui s'en occupe¶ pas op, de melk gaat erover • fais attention, le lait déborde -
17 hand
♦voorbeelden:op handen en voeten lopen, kruipen • marcher à quatre pattesin andere handen komen • changer de mainaan de beterende hand zijn • être en voie de guérisoneen gelukkige hand van gooien hebben • avoir la main chanceuseeen gemakkelijke hand van uitgeven hebben • dépenser sans compterdie zaak is in goede handen • cette affaire est en bonnes mainsgouden handen hebben • avoir des doigts de féemet harde hand opvoeden • élever à la dure(iemand) de helpende hand bieden • tendre une main secourable (à qn.)bevelen van hoger hand • ordres qui viennent d'en hautvan hoger hand is besloten dat • les autorités ont décidé que〈 figuurlijk〉 de laatste hand aan iets leggen • mettre la dernière main à qc.niet met lege handen komen • ne pas arriver les mains vides〈 figuurlijk〉 iets uit de losse hand doen • faire qc. par-dessus la jambemet losse handen rijden • rouler sans les mainsiemand de reddende hand toesteken • tendre la perche à qn.de sterke hand • (les agents de) la force publiquede politiek van de toegestoken hand • la politique de la main tenduemet vaste hand • d'une main assuréemet vaste, krachtige hand regeren • gouverner avec poignein vertrouwde handen zijn • être entre bonnes mainsde vlakke hand • la paumedat kost handen vol geld • ça coûte une (petite) fortunein vreemde handen overgaan • passer en d'autres mainsde handen vrij hebben • avoir les coudées franches〈 figuurlijk〉 iemand de vrije hand laten • donner carte blanche à qn.aan de winnende hand zijn • être en train de gagner〈 figuurlijk〉 de handen van iemand aftrekken • abandonner qn. à son sort〈 figuurlijk〉 de handen van iets aftrekken • se détourner de qc.〈 figuurlijk〉 iemand de handen binden • lier les mains à qn.iemand de hand drukken, geven, schudden • donner une poignée de main à qn.iemand de hand op iets geven • donner sa parole à qn.zij kunnen elkaar de hand geven • ils peuvent se donner la main〈 figuurlijk〉 de hand in iets hebben • être mêlé à qc.〈 figuurlijk〉 de hand aan iets houden • observer (scrupuleusement) qc.de hand op iets, iemand leggen • mettre la main sur qc., qn.de hand lezen • lire (dans) les lignes de la mainde hand met iets lichten • 〈 't niet zo nauw nemen〉 prendre qc. à la légère; 〈 zich ervan afmaken〉 bâcler qc.hij heeft de handen los aan zijn lijf zitten • il n'a pas les bras gourds〈 figuurlijk〉 zijn hand niet voor iets omdraaien ↓ faire qc. les doigts dans le nez〈 figuurlijk〉 de hand(en) tegen iemand opheffen • lever la main contre qn.iemand de hand reiken, toesteken • tendre la main à qn.; 〈 helpen〉 donner un coup de main à qn.de hand aan de ploeg, aan het werk slaan • se mettre à l'ouvragezijn handen niet thuis kunnen houden • 〈 slaan〉 avoir la main leste; 〈 betasten〉 avoir la main baladeuse; 〈 stelen〉 laisser traîner ses mains partout〈 figuurlijk〉 iemand de handen vullen • graisser la patte à qn.〈 figuurlijk〉 iemands handen zalven • graisser la patte à qn.mijn hand erop! • c'est promis!handen omhoog! • haut les mains!streng de hand houden aan de voorschriften • être à cheval sur le règlementhanden thuis! • bas les pattes!〈 figuurlijk〉 iemand iets aan de hand doen • suggérer qc. à qn.hand aan (in) hand gaan • marcher la main dans la main〈 figuurlijk〉 iets achter de hand hebben • avoir qc. en réserve〈 figuurlijk〉 iets bij de hand nemen • entreprendre qc.〈 figuurlijk〉 iets bij de hand hebben • avoir qc. à portée de la mainin de handen klappen • battre des mainsin handen vallen van de politie • tomber aux mains de la policegoed, gemakkelijk in de hand liggen • être maniablezijn toekomst is in mijn handen • son avenir est entre mes mainsiemand iets in handen spelen • faire passer discrètement qc. à qn.iets met het bewijs in handen aantonen • démontrer qc. preuves en main〈 figuurlijk〉 iemand in handen vallen • tomber entre les mains de qn.〈 figuurlijk〉 iemand iets in handen geven • confier qc. à qn.hij wil met de hand aan de hemel reiken • il veut décrocher la lunemet de handen werken • travailler de ses mains〈 figuurlijk〉 met de hand op het hart iets verklaren • déclarer qc. la main sur le coeurmet de hand genaaid • cousu (à la) mainzich met hand en tand verzetten • se défendre comme un lion〈 figuurlijk〉 iemand naar zijn hand stellen • manipuler qn.〈 figuurlijk〉 iemand naar zijn hand zetten • mettre qn. dans sa pocheiets om handen hebben • avoir qc. à faire〈 figuurlijk〉 iets onder handen hebben • travailler à qc.〈 figuurlijk〉 iemand onder handen nemen • passer un savon à qn.op (met) de hand wassen • laver à la mainde hand op de knip houden • être près de ses soushand over hand toenemen • aller en augmentantiemand iets ter hand stellen • remettre qc. à qn. (en mains propres)iemand het werk uit de handen nemen • décharger qn. d'un travailer komt niets uit zijn handen • il n'arrive à rien (de bon)uit de hand eten • 〈letterlijk; m.b.t. dieren〉 accepter la nourriture dans la main de qn.; 〈 figuurlijk〉 manger dans la mainuit de eerste hand • de première mainvlug van de hand gaan • se vendre comme des petits painsiets van de hand doen • écouler qc.van hand tot hand gaan • passer de main en maingeen hand voor iemand, iets uitsteken • ne pas lever le petit doigt pour aider qn., faire qc.hij heeft er geen hand naar uitgestoken • il n'y a pas touchéhet zijn twee handen op één buik • ils s'entendent comme larrons en foire¶ wat is er daar aan de hand? • qu'est-ce qui se passe?alsof er niets aan de hand was • comme si de rien n'étaitiets in de hand werken • aider à qc.dat werkt misdaad in de hand • c'est une incitation au crimeiemand op zijn hand krijgen • mettre qn. de son côtéop iemands hand zijn • être du côté de qn.op handen zijn • être imminentvan de hand in de tand leven • vivre au jour le joureen voorstel van de hand wijzen • repousser une propositionbeschuldigingen van de hand wijzen • rejeter des accusationseen uitnodiging van de hand wijzen • décliner une invitation→ link=vogel vogel -
18 hangen
1 [neerwaarts gestrekt gehouden worden] pendre2 [in neerwaartse richting afwijken; overhellen] pencher3 [boven de grond gehouden worden] être suspendu4 [tot straf opgehangen zijn] être pendu5 [vast (blijven) zitten] être attaché (à)6 [verlangen] aspirer (à)♦voorbeelden:de zeilen hangen slap • les voiles pendenthet koord hangt slap • la corde est trop lâchede teugels laten hangen • lâcher la bridede wolken hangen laag • les nuages sont bashet schilderij hangt scheef • le tableau est de travers〈 van personen〉 over iets, iemand hangen • se pencher sur qc., qn.uit het lood hangen • surplombermet hangen en wurgen • à grand-peine〈 figuurlijk〉 als hij niet meewerkt, hang je • s'il ne marche pas, tu es fichu〈 figuurlijk〉 aan iemand blijven hangen • rester collé à qn. sans trop savoir pourquoizijn betoog hing van platheden aan elkaar • son exposé était cousu de platitudeshet hangt erom • rien n'est encore décidéII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [bevestigen] (sus)pendre♦voorbeelden:zijn jas aan de kapstok hangen • accrocher son manteau (au portemanteau) -
19 het hangt erom
het hangt erom -
20 het is een resolute kerel
het is een resolute kerel
- 1
- 2
См. также в других словарях:
décidé — décidé, ée [ deside ] adj. • 1725; de décider 1 ♦ Qui n hésite pas pour prendre un parti, pour décider; qui a de la décision. ⇒ décider (IV); déterminé, 1. ferme, hardi, résolu, volontaire. Un homme décidé. Par ext. Un air décidé. ⇒ 2. crâne. Une … Encyclopédie Universelle
DECIDE — Saltar a navegación, búsqueda «DECIDE» Sencillo de HΛL del álbum Violation of the rules Publicación 25 de octubre de 2000 Formato Maxi single … Wikipedia Español
decide — de·cide vb de·cid·ed, de·cid·ing vt: to determine (as a case or issue) by making a decision (as a final judgment): adjudicate (1, 2) compare find, hold vi: to make a decision … Law dictionary
decide — DECÍDE, decíd, vb. III. 1. intranz. şi refl. A lua o hotărâre; a alege (între mai multe alternative), a se fixa (între mai multe posibilităţi). ♦ tranz. A hotărî, a soluţiona în mod definitiv. 2. tranz. A determina, a convinge, a îndupleca pe… … Dicționar Român
décidé — décidé, ée (dé si dé, dée) part. passé. 1° Dont la solution est donnée. Cette question va être décidée. 2° Qui n a rien de vague, d incertain. Le ministère louvoie, il n a pas de marche décidée. Cette musique n a point un caractère décidé.… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
Decide! — (Decidere!) was an Italian libertarian political association led by Daniele Capezzone. The group was sometimes also referred to as Decidere.net, in reference to its official website. It was one of the founding members of Silvio Berlusconi s The… … Wikipedia
decide — [dē sīd′, disīd′] vt. decided, deciding [ME deciden < L decidere, to cut off, decide < de , off, from + caedere, to cut: see CIDE] 1. to end (a contest, dispute, etc.) by giving one side the victory or by passing judgment 2. to make up one… … English World dictionary
decide — decide, determine, settle, rule, resolve mean to come or to cause to come to a conclusion. Decide presupposes previous consideration of a matter causing doubt, wavering, debate, or controversy and implies the arriving at a more or less logical… … New Dictionary of Synonyms
Decide — De*cide , v. t. [imp. & p. p. {Decided}; p. pr. & vb. n. {Deciding}.] [L. dec[=i]dere; de + caedere to cut, cut off; prob. akin to E. shed, v.: cf. F. d[ e]cider. Cf. {Decision}.] 1. To cut off; to separate. [Obs.] [1913 Webster] Our seat denies… … The Collaborative International Dictionary of English
Decide — De*cide , v. i. To determine; to form a definite opinion; to come to a conclusion; to give decision; as, the court decided in favor of the defendant. [1913 Webster] Who shall decide, when doctors disagree? Pope. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
decide — late 14c., to settle a dispute, from O.Fr. decider, from L. decidere to decide, determine, lit. to cut off, from de off (see DE (Cf. de )) + caedere to cut (see CEMENT (Cf. cement)). For L. vowel change, see ACQUISITION … Etymology dictionary