-
1 lose courage
moed verliezen -
2 nerve
n. zenuw; moed; geestkracht; brutaliteit--------v. zich moed inspreken; de moed verliezen; besluiteloos wordennerve1[ nə:v]1 zenuw♦voorbeelden:2 you've got a nerve! • jij durft, zeg!he had the nerve to tell me he's been married before • hij presteerde het me te zeggen dat hij al eens eerder getrouwd is geweest♦voorbeelden:♦voorbeelden:————————nerve2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:1 nerve oneself for • zich oppeppen voor/moed inspreken om -
3 heart
n. hart[ ha:t]3 geest ⇒ gedachten, herinnering4 hart ⇒ binnenste, gemoed5 kern ⇒ hart, essentie♦voorbeelden:(learn) by heart • uit het hoofd (leren)to his heart's content • naar hartenlustwin the hearts and the minds of the people • de sympathie van het volk veroverenhis heart is in the right place • hij heeft het hart op de juiste plaatswear one's heart on one's sleeve • zijn hart op de tong dragenheart and soul • met hart en zielshe had his health at heart • zijn gezondheid ging haar ter hartethey have their own interests at heart • zij hebben hun eigen belangen voor ogenhe put his heart (and soul) into his work • hij legde zich met hart en ziel op zijn werk toeset one's heart on something • zijn zinnen op iets zetten, iets dolgraag willenshe took it to heart • zij trok het zich aan, zij nam het ter harteat heart • in zijn hart, eigenlijkin one's heart of hearts • in het diepst van zijn hartwith all one's heart • van ganser hartenot have the heart • de moed niet hebbenlose heart • de moed verliezentake heart • moed vatten, zich vermannen¶ 〈 spreekwoord〉 the way to a man's heart is through his stomach • de liefde van een man gaat door de maagbless your heart • je bent een schatcross one's heart (and hope to die) • plechtig belovencry/weep one's heart out • tranen met tuiten huileneat one's heart out • wegkwijnen (van verdriet/verlangen)not find it in one's heart • het niet over zijn hart kunnen verkrijgen -
4 décourager
-
5 dégonfler
dégonfler [deegõflee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1. v1) slinken3) doorprikken, ontmaskeren4) verkleinen2. se dégonflerv1) leeglopen2) terugkrabbelen, de moed verliezen -
6 dériver
dériver [deerievee]1 afdrijven ⇒ op drift geraken, uit de koers geraken, afdwalen2 willoos zijn ⇒ weerstandloos zijn, z'n moed verliezenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 omleggen ⇒ af-, omleiden2 〈+ de〉afleiden (uit, van)v(de)1) afdrijven, op drift geraken4) omleiden -
7 liquéfier
-
8 désespérer
désespérer [deezespeeree]1 wanhopen ⇒ de hoop opgeven, de moed verliezen♦voorbeelden:je désespère de lui • hij maakt me wanhopigje désespère de le revoir • ik heb alle hoop verloren hem nog terug te zienII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 ontmoedigen ⇒ de moed doen verliezen, teleurstellen -
9 потерять присутствие духа
vgener. de moed laten zinken, de moed opgeven, de moed verliezenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > потерять присутствие духа
-
10 chicken out
(Slang) ergens tussenuit knijpen, geloof in zichzelf verliezen of de moed verliezen (zoals in "Tom wilde Diana mee uitvragen, maar durfde het op het laatste moment niet")chicken out〈 informeel〉♦voorbeelden:chicken out of doing something • ervoor terugschrikken iets te doen -
11 lose heart
-
12 трусить
bang zijn, de moed verliezen -
13 be dismayed at/by the sight
be dismayed at/by the sight -
14 deflate
v. leeglopen van-; inkrimpen van geldhoeveelheid; minder belangrijk maken[ die:fleet] 〈zelfstandig naamwoord: deflation〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
15 dismay
n. angst, vrees--------v. van streek makendismay1[ dismee] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 wanhoop ⇒ verbijstering, ontzetting♦voorbeelden:in/with dismay • vol ontzettingto our dismay • tot onze ontzetting————————dismay2〈 werkwoord〉1 met wanhoop vervullen ⇒ verbijsteren, ontzetten♦voorbeelden: -
16 lose one's nerve
-
17 heart in one's boots
de moed verliezen,bang worden -
18 lose one's nerves
zijn zekerheid kwijtraken, de moed verliezen -
19 abandonner
abandonner [aabãdonnee]1 verlaten ⇒ in de steek laten, achterlaten2 opgeven ⇒ afzien van, prijsgeven♦voorbeelden:abandonner qn. à son sort • iemand aan zijn lot overlatenabandonner la partie • (de strijd) opgevenfaire abandonner un projet à qn. • iemand van een plan afbrengen♦voorbeelden:1. v1) achterlaten, verlaten2) opgeven2. s'abandonnerv -
20 abattre
abattre [aabaatr]♦voorbeelden:→ besogne1 neerstorten ⇒ instorten, omvallen♦voorbeelden:1. v1) omverhalen, omverwerpen2) omhakken, vellen [boom]3) afbreken, slopen4) neerschieten, afmaken5) slachten6) uitputten2. s'abattrev1) neerstorten, instorten
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Kuh — 1. A Kü moalkat trog a Hols. (Nordfries.) – Johansen, 72. Die Kuh milcht durch den Hals. 2. A Kuh söüft â méa, ässe vertroa kô. (Henneberg.) Auch eine Kuh säuft wol mehr als sie vertragen kann. Mit Anwendung auf Säufer. 3. A Küh wal t egh wed,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon