-
1 Neigung
Neigung〈v.; Neigung, Neigungen〉4 voorkeur, voorliefde6 〈 natuurkunde, sterrenkunde〉helling, inclinatie♦voorbeelden:1 eine Neigung des Kopfes • een buiging van, met het hoofd3 (eine) Neigung zu etwas haben • (een) neiging, lust, aandrang hebben tot, voor ietsNeigung zur Fettsucht • neiging, aanleg tot vetzucht5 zu jemandem eine Neigung fassen, fühlen • voor iemand genegenheid opvatten, gevoelen -
2 Beuge
-
3 Beugung
-
4 Biegung
Biegung〈v.; Biegung, Biegungen〉 -
5 Bückling
-
6 Flexion
-
7 Knick
〈m.; Knick(e)s, Knicke〉3 buiging, bocht 〈bijv. van een weg〉♦voorbeelden:1 〈informeel; figuurlijk〉 einen Knick im Auge, in der Linse haben • (a) scheel zien; (b) niet goed (kunnen) onderscheiden -
8 Kotau
-
9 Kratzfuß
-
10 Reverenz
-
11 Verbeugung
-
12 eine Neigung des Kopfes
een buiging van, met het hoofd -
13 neigen
neigenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉1 neigen, de neiging hebben ⇒ geneigd zijn♦voorbeelden:1 zu der Annahme neigen, dass … • geneigd zijn te veronderstellen dat …II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 schuin zetten, houden♦voorbeelden:♦voorbeelden: -
14 verbeugen
verbeugen, sich1 een buiging maken, buigen -
15 verneigen
См. также в других словарях:
buiging maken — boygi … Woordenlijst Sranan