-
1 in heat
bronstig,loops,hitsig (bronstseizoen,sexueel geprikkeld) -
2 rut
n. wagenspoor, spoor, groef; sleur; bronsttijd--------v. sporen maken in; bronstig zijnrut1[ rut] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 voor ⇒ groef, spoor♦voorbeelden:get into a rut • vastroesten in de dagelijkse routine————————rut2〈werkwoord; rutted〉 -
3 rutting
-
4 season
n. getijde; periode; tijd; seizoen--------v. toebereiden, kruiden, smakelijk maken; rijp laten worden, (goed) laten drogen; temperen; gewennen; konfijten; rijp worden, drogenseason1[ sie:zn] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 geschikte/drukke tijd ⇒ seizoen; jachtseizoen; vakantieperiode; bronsttijd♦voorbeelden:rainy season • regentijdcome into season • aanwezig/te koop zijn 〈 van seizoenproducten〉cherries are in season • het is kersentijdthe mare is in season • de merrie is bronstigin and out of season • te pas en te onpasstrawberries are out of season • het is nu geen aardbeientijd————————season2〈 werkwoord〉3 laten liggen/drogen 〈 hout〉♦voorbeelden:2 seasoned troops • doorgewinterde/geharde troepen3 seasoned timber • belegen/droog hout4 let mercy season justice! • laat medelijden gerechtigheid milderen! -
5 the mare is in season
the mare is in season -
6 ruttish
adj. Bronstig
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский