-
1 bevoegd
-
2 bevoegd
adj. qualified, licensed; competent, able -
3 bevoegd
• authorized• competent• qualified -
4 bevoegd zijn om
bevoegd zijn omVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > bevoegd zijn om
-
5 bevoegd zijn
bevoegd zijn -
6 daartoe bevoegd/gemachtigd zijn
daartoe bevoegd/gemachtigd zijnbe qualified for it, be authorized to do itVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > daartoe bevoegd/gemachtigd zijn
-
7 het bevoegd gezag
het bevoegd gezagVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het bevoegd gezag
-
8 wettelijk bevoegd tot iets
wettelijk bevoegd tot ietsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > wettelijk bevoegd tot iets
-
9 bekwaam
2 [doelmatig, gepast] due, appropriate♦voorbeelden: -
10 beslissing
2 [doorslag] decision♦voorbeelden:een gerechtelijke beslissing • a judicial decisioneen beslissing forceren • force a decision/the issuede beslissing is gevallen • the decision has been made/takende beslissing ligt bij ons • it's up to useen beslissing nemen • make/take a decisionbij zijn beslissing blijven • keep to one's decision -
11 capabel
2 [in staat] capable (of, of doing something) ⇒ able (to)♦voorbeelden:hij is niet capabel om te rijden • he's in no shape to drive -
12 competent
♦voorbeelden: -
13 daartoe
1 [voor dit/dat] for/to that; 〈 meervoud〉 for/to these/those♦voorbeelden:daartoe heeft het kunnen komen • it's come to this2 daartoe bevoegd/gemachtigd zijn • be qualified for it, be authorized to do it -
14 gerechtigd
♦voorbeelden: -
15 gezag
♦voorbeelden:ouderlijk gezag • parental authorityhet wettig gezag over een kind • the legal custody of a childhet gezag handhaven • maintain authorityhet gezag voeren over • be in command ofeen volk aan zijn gezag onderwerpen • subject a people to one's rulehet hoogste gezag • the highest authorities3 (veel/weinig) gezag hebben • have (great/little) authority; have (great/no) influence 〈 onder collega's〉; carry (much/little) weight 〈 woord〉met gezag optreden • act firmlymet gezag spreken • speak with authorityiets op iemands (goed) gezag aannemen • take something on someone's authority/wordop gezag van • on the authority ofeen man van gezag op dit gebied • an authority in this field -
16 wettelijk
♦voorbeelden:wettelijke-aansprakelijkheidsverzekering • third party insurancewettelijke belemmering • legal impedimentwettelijke termijn • period allowed/required by lawdat is een wettelijk voorschrift • that's a statutory regulationwettelijk bevoegd tot iets • legally entitled to (do) somethingwettelijk erkend • legalwettelijk handelen • act according to the lawwettelijk toegestaan • legalwettelijk verplicht tot iets • legally liable to somethingdat is wettelijk voorgeschreven • that is laid down by lawwettelijk voorgeschreven leeftijd • legal/lawful age
Перевод: со всех языков на английский
с английского на все языки- С английского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Датский
- Немецкий
- Нидерландский
- Русский
- Турецкий
- Французский
- Шведский