-
1 qualified
bevoegd -
2 authorized agent
-
3 chartered accountant
bevoegd boekhouder (een boekhouder die erkend wordt door het boekhoudersbestuur) -
4 mat
bevoegd leraarMAT (master of arts in teaching)mat1[ mæt] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 klit♦voorbeelden:————————mat2————————mat3〈 matted〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 matted hair • verward/geklit haar -
5 BT
bevoegd zijn tot theoloog, met een eerste graad theologieBT (bachelor of theology)--------british telecom (engelse telefoonmaatschappij)BT (British Telecom) -
6 competent authority
bevoegd eigendom -
7 licensed distributer
bevoegd groothandelaar (iem. met bevoegdheid, iem. die vergunning gekregen heeft van groothandelaar van produkten van bepaalde firma) -
8 authorized
bevoegdgeautoriseerd -
9 legislative
adj. wetgevend; bevoegd tot wetgeving--------n. Wetgevend, bevoegd tot wetgeving[ ledzjisslətiv] -
10 qualify
v. scholen, bekwamen; bevoegd zijn; aan de eisen voldoen; beperken; distantiëren; definiëren; karakteriseren; matigen1 zich kwalificeren ⇒ zich bekwamen, bevoegd/geschikt zijn/worden♦voorbeelden:do you qualify to vote? • heb je stemrecht?qualify for membership • in aanmerking komen voor lidmaatschapII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 beperken ⇒ kwalificeren, (verder) bepalen2 kenmerken ⇒ kenschetsen, karakteriseren3 geschikt/bevoegd maken ⇒ het recht geven♦voorbeelden:a qualifying match • een kwalificatiewedstrijdqualify one's statement • zijn verklaring nader preciseren -
11 can
n. doosje; blikje; gevangenis--------v. bewaren--------v. kunnencan1[ kæn] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:¶ 〈Amerikaans-Engels; slang〉 can of worms • een moeilijke/ingewikkelde kwestie————————can2[ kæn] 〈werkwoord; canned〉1 inblikken ⇒ conserveren, inmaken♦voorbeelden:¶ 〈Amerikaans-Engels; slang〉 can it! • hou op!————————can33 mogen ⇒ kunnen, bevoegd zijn te♦voorbeelden:I can understand that • ik kan dat best begrijpen2 can this be true? • zou dit waar kunnen zijn?she cannot have gone • ze kan toch niet vertrokken zijn3 only Parliament can decide on this issue • alleen het parlement is bevoegd om over deze kwestie te beslissenyou can go now • je mag nu gaan -
12 qualified
adj. bevoegd; bekwaam; vaardig; gedistantiëerd; beperkt[ kwolliffajd]1 beperkt ⇒ voorwaardelijk, voorlopig♦voorbeelden:qualified optimism • gematigd optimisme2 a qualified doctor • een afgestudeerde/bevoegde doktera qualified nurse • een gediplomeerde verpleegster -
13 Univ.
n. universalist--------n. universiteit (academisch instituut voor het hoger onderwijs, bevoegd voor uitdelen van academische titels)Univ.〈 afkorting〉1 [university] -
14 able-bodied
gezond[ eeblboddid]♦voorbeelden: -
15 adult
adj. volwassen, rijp--------n. volwassene; bevoegd[ ædult]♦voorbeelden: -
16 authoritative
adj. geauthoriseerd; bevoegd; authoriteit[ o:θorrətətiv, ə-]♦voorbeelden: -
17 authority
n. autoriteit; bevoegdheid; instantie[ o:θorrətie, ə-]I 〈telbaar zelfstandig naamwoord; meervoud: authorities〉♦voorbeelden:to have something on good authority • iets uit gezaghebbende bron vernomen hebben1 autoriteit ⇒ gezag, wettige macht2 autoriteit ⇒ (moreel) gezag, invloed♦voorbeelden:who's in authority? • wie heeft de leiding?, wie is verantwoordelijk?on/under the authority of • in opdracht van -
18 baccalaureate
n. iem. die eerstegraads bevoegd is[ bækəlo:riət] 〈 formeel〉 -
19 certificated
adj. gediplomeerd, vakkundig[ sətiffikkeetid] 〈 voornamelijk Brits-Engels〉 -
20 certified
adj. schriftelijk gegarandeerd, officieel (verklaard)[ sə:tiffajd]♦voorbeelden:certified cheque • gewaarmerkte chequecertified copy • eensluidend afschriftcertified document • authentieke akte
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский
bevoegd
Страницы