-
1 beteugelen
-
2 beteugelen
v. bridle, rein; rein in, curb, restrain, check -
3 een oproer beteugelen
een oproer beteugelenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een oproer beteugelen
-
4 zijn driften beteugelen
zijn driften beteugelenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn driften beteugelen
-
5 zijn hartstochten bedwingen/beteugelen
zijn hartstochten bedwingen/beteugelenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn hartstochten bedwingen/beteugelen
-
6 zijn ongeduld beteugelen
zijn ongeduld beteugelenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn ongeduld beteugelen
-
7 drift
3 [het drijven] drift♦voorbeelden:1 in dolle drift • in a blind rage, in a raging passionin drift ontsteken • fly into a rage -
8 hartstocht
♦voorbeelden:de hartstochten laaiden hoog op • feelings were running highzich door zijn hartstochten laten meeslepen • let oneself be swayed by emotionhij heeft een hartstocht voor de muziek • he has a passion for music
Перевод: со всех языков на английский
с английского на все языки- С английского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Датский
- Нидерландский
- Русский
- Турецкий
- Французский
- Шведский